Daphne was overduidelijk niet gediend van de avances van Apollo, maar hij gaf maar niet op. Eerdere potentiële minnaars had ze makkelijk kunnen afschudden, zo niet de zoon van oppergod Zeus. Deze ‘Harvey’ bleef haar belagen, vertelt Maureen Teeuwen en de vergelijking met de oppermachtige filmbaas Weinstein is uiteraard niet toevallig. Van mythologie tot #MeToo, in Brief aan Freud onderzoeken twee actrices eens te meer: wat wil een vrouw? En – vooral ook – wat niet?

Brief aan Freud vormt deel 12 van Weiblicher Akt, de theaterreeks waarin Maatschappij Discordia uitgaat van het vrouwelijk perspectief. Zo waren bijvoorbeeld Susan Sontag (11) en Elfriede Jelinek (10) eerder middelpunt van voorstellingen waarin hun gedachtegoed aanleiding was om verder te denken over prangende kwesties die de vrouw aangaan.

In Brief aan Freud staat Miranda Prein naast Teeuwen op toneel. Misschien meer dan in de recente delen, liggen aan deze nummer 12 veel ‘persoonlijke’ ervaringen van de personages ten grondslag. Twee vrouwen delen herinneringen. Je bent vier jaar en je moet naar de kleuterschool; je bent nog drie en je krijgt een hondje. Hoe eng is dat? Hoe bang was je?

Angst, verzet, teleurstelling, eigen laakbaar gedrag: Prein en Teeuwen brengen het smeuïg en aanstekelijk. Een mondhoek die omhoog klimt in een besmuikte glimlach bij het beeld van de nagelvijl die met voorbedachten rade in de bovenarm van je broertje ging, het uitgestreken smoelwerk bij de uitgekiende diefstal van twee porseleinen konijntjes van je beste vriendin.

Van die anekdotes, herkenbaar en vaak veelzeggend als ze zijn, trekken de spelers lijntjes naar volwassenwording en schaamte over het veranderende lijf, onzekerheid, compensatiegedrag, overhaaste conclusies en clichés met betrekking tot het fenomeen vrouw, waarbij onder anderen schrijvers als Olivia Laing en Rebecca Solnit tot inspiratie dienden.

Ze benen rusteloos over de speelvloer, strekken zich eens uit op de grote sofa, confronteren elkaar en hun publiek met scherpe observaties en denken na over wat nu precies kan worden verstaan onder een goed gesprek en wat ze zouden kunnen schrijven aan Sigmund Freud, die geneesheer/kunstenaar, grondlegger van de psychoanalyse. Een verontwaardigde brief misschien, een boze zelfs. Of mogen we blij zijn dat hij begonnen is naar ons vrouwen te luisteren?

Die grijze eminentie aan de rand van het toneel (Jan Joris Lamers in een, zoals gebruikelijk in deze serie, speciale rol), de geneesheer, geeft heel soms zachtjes een weerwoord in de vorm van een casus uit het begin van de vorige eeuw.

Dat we niet bepaald alles op een rijtje hebben inzake ‘de vrouw’, al is het nu honderd jaar later, dat stellen Teeuwen en Prein slim aan de orde. Met die opgewekte, niet aflatende bevragende manier, waarmee ze met deze Akt ook weer weten te ontroeren; bijvoorbeeld aan het eind wanneer ze even verkiezen in een laurierboom te veranderen – zoals Daphne.

Foto: Sofie Knijff