Over Brabant zijn boeiende verhalen te vertellen die zomaar onderwerp kunnen zijn voor spraakmakend theater met diepgang, herkenning en emotie. In We Are The World, We Are The Brabant van Het Zuidelijk Toneel worden enkele van die thema’s kort aangestipt. Maar deze voorstelling met daarin ook meer dan dertig vrijetijdsspelers is vooral een vluchtig, soms ietwat schurend VVV-spotje met een aaneenschakeling aan clichés. Wat een gemiste kans. 

We Are The World, We Are The Brabant is de eerste productie van Sarah Moeremans als artistiek directeur bij Het Zuidelijk Toneel. Eerder maakte ze succesvolle producties als Mission Molière (2023) en What Ever Happened to Mr Pete (2022) bij het Brabants gezelschap. Het Zuidelijk Toneel werkt sinds dit jaar met een vast ensemble van zes acteurs, grotendeels vertrouwde gezichten van Moeremans.

De komende jaren wil het gezelschap de band met het publiek in het zuiden verstevigen en maakt daarom vier ‘Brabantse’ voorstellingen, waarvan deze grotezaalproductie de eerste is. Ter voorbereiding ging Sarah Moeremans met haar team op zoek naar spelers die hun vrije tijd op het podium willen staan. Ze komen uit (de omgeving van) Tilburg, Eindhoven, Den Bosch, Helmond, Roosendaal en Etten-Leur, de gemeenten waar de voorstelling te zien zal zijn. Die spelers stappen in de rol van ambassadeurs van hun stad en schromen als ware chauvinisten niet om de concurrentie aan te gaan met spelers uit hun buursteden. Dat tekent Brabant: meer een verzameling regio’s, dan een eenheid.

De onderwerpen die in het stuk worden aangesneden, de input voor de tekst ook, komt van de amateurs en is opgetekend na gesprekken en rondleidingen door de steden. Deze spelers blijven op het toneel dicht bij zichzelf, al hebben ze teksten die van collega’s afkomstig zijn. De stad Breda ontbreekt, daar is geen interesse. In het stuk wordt daar meermaals over gesneerd.

Het valt op dat, althans op het eerste oog, de vrijetijdspelers in het stuk een westerse achtergrond hebben. Dat komt niet overeen met de samenstelling van de bevolking in Noord-Brabant. Wel zijn meerdere generaties vertegenwoordigd: de spelers op de vloer zijn tussen de 12 en 71 jaar.

Nul vertrouwen
Nog voordat er een speler op het podium te zien is, is op het gesloten doek een WhatsApp-conversatie te zien: de technicus communiceert zo met het publiek en meldt dat hij de microfoon in de kleedkamer van de zes professionele acteurs zal openzetten. Dat zet het meteen op scherp: acteurs als Joep van der Geest en Gillis Biesheuvel hebben absoluut geen zin om met vrijetijdsspelers op het podium te staan, zo is te horen. Ze hebben er nul vertrouwen in. Met zo’n begin ga je er eens goed voor zitten, maar de aangekondigde spanning over de onderlinge verhoudingen verliest het al snel van de opgeklopte vrolijkheid.

De amateurs verdringen op het podium ogenschijnlijk de professionals, die bovendien geen nauwe band met Brabant hebben, zo moeten ze bekennen, al doen ze soms alsof. De twijfel bij de beroepsacteurs groeit. Zij zijn toch degenen met ervaring, zij zouden toch in de schijnwerpers moeten staan? De paniek neemt toe, de lolligheid ook.

Dat bij aanvang – bij het beschrijven van Brabantse steden en de architectuur – vooral de soorten steen worden uitgelicht die worden gebruikt, is veelbelovend, want onverwacht. Maar al snel volgt de ene platitude na de andere. Het klinkt als een opsomming van krantenkoppen: dat Brabant de meeste Olympisch kampioenen heeft, dat de wietteelt en xtc-productie groot is, dat je over de Tilburgse Kermis geen slecht woord mag zeggen, dat carnaval populair is. Niet bepaald eyeopeners.

Kruidendrank Schrobbelèr en worstenbrood komen voorbij en mogen later ook geproefd worden. Het enige moment dat raakt is als er over verlies van dierbaren wordt gesproken en individuen zich even losmaken van de groep. Grappig is een scène waarin actrice Keja Klaasje Kwestro als een gejaagde deelnemer aan De slimste mens een poging doet om dia’s over Brabant te duiden: ‘Ja, Efteling, ja, nee, ja, de kermis.’

Een verboden stad in Tilburg
De première is in Tilburg met daarom een iets grotere rol voor de Tilburgse amateurspelers, in de andere speelsteden krijgen anderen een belangrijker aandeel. De Tilburgers vertellen over een moord, de verboden stad midden in het centrum en over Chroom-6, een metaal dat vrijkwam toen mensen met uitkering verplicht oude treinen restaureerden – met ernstige gezondheidsklachten tot gevolg. De amateurs spelen met vaart en alertheid en spreken in het dialect. Dat ze een microfoon in de hand houden komt onnatuurlijk over en leidt af.

Juist zoiets als Chroom-6 kan een boeiend onderwerp zijn voor een voorstelling die dicht bij Brabant ligt. Maar in We Are The World, We Are The Brabant is dit item in een vloek en een zucht voorbij. Het wordt nogal kort door de bocht verteld en is feitelijk niet helemaal juist. Eerder maakte Het Zuidelijk Toneel De achterkant van, voorstellingen over de impact van drugshandel op Brabant. Ook een herkenbaar onderwerp en goed uitgediept. De kennis en ervaring is er dus bij het gezelschap.

De sfeer van We Are The World, We Are The Brabant is die van een stadsrevue of een grootse amateurproductie. Het eindigt in een ongemakkelijk, opgeklopt Bourgondisch feestje met een polonaise en het al in de titel aangekondigde lied.

Met de ruim dertig amateurspelers op het podium maakt Sarah Moeremans het zichzelf niet gemakkelijk, al gaat het op- en afkomen vrij organisch en doen de vrijetijdsspelers het niet onverdienstelijk; ze spelen pittig en met enthousiasme. Het is meer de vraag of Het Zuidelijk Toneel zichzelf een dienst bewijst. Amateurproducties worden toch wel gemaakt, soms zelfs beter. Het gezelschap heeft de middelen en de acteurs om daar bovenuit te stijgen. Met We Are The World, We Are The Brabant onderscheidt Het Zuidelijk Toneel zich qua thema en aanpak weliswaar van andere landelijke, professionele gezelschappen, maar het voegt niets toe.

Foto’s: Sofie Knijff