Theatermaker Toni Blackwell wil de taboes rondom seksueel grensoverschrijdend gedrag en slutshaming bespreekbaar maken, en dat neemt ze letterlijk in de voorstelling Voor sletten die zijn verkracht. Publiek wordt gevraagd te reageren op stellingen (van ‘Ik luister nog naar muziek van R. Kelly’ tot ‘Ik ben een slet’) en duidt gezamenlijk een grensoverschrijdende situatie die wordt nagespeeld op scène. 

Met het concept van Voor sletten die zijn verkracht won Toni Blackwell vorig jaar de stimuleringsprijs De Troffel tijdens Festival Cement. De voorstelling gaat over grenzen: het aangeven en respecteren ervan, en inzien dat jij of de ander het niet altijd kan aangeven. Het is opgebouwd als een montagevoorstelling, waarin dans, spoken word en toneel met elkaar worden verweven.

Centraal staat een groep individuen die een verhaal probeert vorm te geven, terug te claimen. We zien ze dansen op het podium op foute jarennegentighitjes, ze verleiden of worden verleid, sluiten anderen uit of worden zelf buitengesloten, onderzoeken hun eigen en elkaars grenzen – soms pas met terugwerkende kracht. En ze nemen wraak op de makkelijk oordelende buitenstaander, die al popcorn etend dit precaire maatschappelijke debat consumeert, in plaats van zich met het thema engageert.

De makers behandelen een veelheid aan thema’s, zoals consent, slachtofferschap, zelfverwijt. Daardoor wordt er soms over potentieel interessante vraagstukken heengewalst. Er wordt een onderscheid gemaakt tussen lichaamstaal en communicatie, maar dat verschil wordt nog onvoldoende geduid – ondanks terechte bevraging vanuit de zaal. Als toeschouwer wordt van je verwacht te participeren. Dat gaat verder dan opstaan (eens) of blijven zitten (oneens) bij stellingen, er worden lukraak microfoons onder je neus geduwd om te reageren. Daardoor wordt soms haarfijn duidelijk hoe één en dezelfde scène totaal verschillend geïnterpreteerd kan worden (‘hebben jullie wel dezelfde scène gezien als ik?’): interessant en heel veelzeggend in deze context.

Door in en uit te zoomen toont Blackwell dat de taboes in onze seksuele omgang zowel maatschappelijk zijn (hoe gaan we als samenleving ermee om?) als heel persoonlijk (had ik eerder mijn grenzen moeten aangeven?). De voorstelling benadrukt de onlosmakelijke verwevenheid tussen die twee (onze gezamenlijke persoonlijke perceptie op seksueel geweld bepaalt de maatschappelijke tendens, en andersom), beide moeten worden aangegrepen.

Tegenover veel momenten waarop de thematieken vrij letterlijk worden behandeld (in groepsgesprekken met de zaal of in expliciete scènes), plaatste Blackwell meer associatieve en abstracte bewegingssequenties of poëtische spoken word. Met live-percussie op het achtertoneel, wordt de opzwepende en pulserende arena van een verwarrend nachtleven invoelbaar gemaakt, maar hoor je ook de deinende echo van hartkloppingen en toenemende interne paniek. Percussie bestaat voor pakweg de helft uit geluid, en voor de andere helft uit de stilte tussen twee slagen door – een stilte die uitgerekt kan worden, en soms meer pijn kan doen aan je oren dan het geluid eromheen.

Voor sletten die zijn verkracht toont hoe seksueel trauma fysiek wordt, in houding, mimiek en bewegingen gaat zitten. Na de (ook nogal letterlijk geënsceneerde) wraakscène op de publieke opinie of de schouderophalende massa, tonen Blackwell en haar spelers dat uit het delen van trauma’s nieuwe kracht gedestilleerd kan worden. Vanuit de gezamenlijke representatie en het afwijzen van het slachtoffernarratief, eindigt Voor sletten die zijn verkracht in een ontroerend, moedig en ook hoopvol slotakkoord.

Credits

concept, tekst en regie Toni Blackwell regieassistent Lisa Carreno scenografie & lichtontwerp Lieve van Engelenburg muzikale leiding Jesse Stenzler composities door Jesse Stenzler, Mei-Yi Lee tekst en spel Nadia Idder, Martijn Looper, Dyonne Zwart, Justin Kuijper, Piet Mars, Jesse Molenaar, Shanti Monkou , Petra van de Kaaden, Priscilla ter Voert
nazorg Stijn Schenk met dank aan Nigel Appelboom, Sènami Awunou, Janneke Defesche, Pick Up Club, Tomas Leijen, Podium Mozaïek, Productiehuis Nowhere, Me Too Coaching, HKU fondsen Stichting Janivo