Map Albatros komt uit een familie van ontdekkingsreizigers en cartografen. Hun atlassen verkopen ze in hun eigen winkeltje. Vroeger was de winkel een begrip, maar nu Map en haar moeder hem bezitten zijn er te weinig klanten. Wanneer Maps moeder op expeditie gaat naar de Zuidpool blijft Map stiekem op de atlaswinkel passen. Binnen de kortste keren moet ze vechten om haar hoofd boven water te houden: de jeugdzorgambtenaar hijgt in haar nek en de plaatselijke ondernemer Borrelwater wil de winkel ombouwen tot biercafé. Vieze vuile rotstreken is een heerlijk fantasierijke jeugdvoorstelling, zo ondeugend als Home Alone en zo slim als Roald Dahl.

Roald Dahl is een hele bewuste inspiratie geweest van jeugdtheaterduo Jorieke Abbing (toneeltekst) en Roeland Hofman (tekst en regie). De kinderen in het verhaal zijn vindingrijk en eigenwijs, de volwassenen denigrerend en zelfzuchtig. De kinderen in Dahls verhalen laten het er nooit bij zitten als ze oneerlijk behandeld worden en Map is net zo. Tot het bittere eind blijft ze knokken voor haar winkel, maar vooral ook voor de rechtvaardigheid.

Ondanks Maps goede bedoelingen en stoere zelfstandigheid, schemert ook de eenzaamheid door. In de winkel is geen klant te zien en de verwarming is kapot. Wanneer haar beste vriend, die wat ouder is dan zij, een vriendinnetje krijgt, staat ze er echt alleen voor. Het enige wat ze heeft, is haar rijke en krachtige familiegeschiedenis. Ze vertelt aan iedereen die het maar horen wil de rijkste verhalen over de Albatros-vrouwen (mannen lijken in dit verhaal niet van het juiste hout gesneden om ontdekkingsreizen te maken), die alle obstakels overwonnen en de hele wereld zagen. Dit geeft Map op jonge leeftijd al veel zelfvertrouwen: ze wordt, nee, ze ís net zo krachtig als de vrouwen in haar familie.

Rosa van Leeuwen is overtuigend als de eigenwijze Map, alle andere personages worden gespeeld door drie acteurs. Ze spelen de typetjes komisch overdreven. Vooral Carina de Vroome is erg grappig als Tilda, een goth-achtige tiener die naar de kunstacademie wil en zich aangetrokken voelt tot alles wat duister is. Ian Bok speelt meneer Borrelwater akelig geloofwaardig, als nare man die geen probleem heeft om alles te pakken wat hij wil over de rug van een negenjarig meisje.

Tussen de scènes door horen we countrymuziek van Lee Hazelwood, die ondanks zijn typisch Amerikaanse stijl goed in het plaatje past. Zijn stem is warm en diep en past bij de sfeer in de atlaswinkel, waar alles van hout is en niets uit deze eeuw lijkt te komen. De geur van oude atlassen kun je er moeiteloos zelf bij verzinnen. De countrymuziek past bovendien goed bij het karakter van Map: stoer, maar met een treurig randje. De muziek krijgt een grappige extra laag wanneer Hazelwood ‘Praying Them Bars Away’ zingt in de scène dat Map doodongelukkig aan het werk moet in het biercafé van Borrelwater.

Een ander Dahl-element is het duistere randje, dat terug te vinden is bij Jacob, het winkelspook. Jacob Albatros was een jongetje van twaalf toen zijn moeder hem ongeschikt achtte om mee te gaan op ontdekkingsreis. Hij bleef alleen achter in de atlaswinkel en toen hij het trappetje op klom, viel hij en stierf. Hij is als spook in de winkel blijven wonen. Het is een tragisch verhaal, maar het wordt neergezet als een luchtige anekdote.

Die paradoxale luchtigheid is tekenend voor Vieze vuile rotstreken. Je wilt mee met Map en haar fantasie, maar ziet ook de tragiek van een heel eenzaam meisje in een winkel die de tand des tijds uiteindelijk niet zal doorstaan (want, zoals één van de personages zegt: ‘Een atlas? Ik heb toch gewoon Google Maps op mijn telefoon?’). Abbing en Hofman vertellen in een interview dat ze zich ook voor het slot hebben laten leiden door Roald Dahl: ‘Het einde wordt verpakt als een happy end, maar je kan je vaak afvragen of het wel zo is.’ Vieze vuile rotstreken geeft dan ook niet voor alle problemen een oplossing en niet op alle vragen een antwoord. Toch loop je met een goed gevoel naar buiten, dromend over ontdekkingsreizigers en winkelspoken.

Foto: Bas de Brouwer