Onno Innemee en Liliane de Graaf kennen elkaar van Tinder, zo beweren ze. De rode draad in hun voorstelling Verschil moet er zijn vormt een fictieve eerste date tussen de twee. Onno is daarbij de oude kalende man, een gescheiden vijftiger die zijn date met een valse profielfoto heeft gelokt, ‘want op de echte foto reageert niemand’. Liliane is de jonge, knappe maar te veel eisende vrouw, die iedere man zou kunnen krijgen, maar ze allemaal afwijst omdat ze niet goed genoeg zijn. De clichématigheid van dit gegeven is helaas exemplarisch voor het algehele niveau van de voorstelling.

Aan het uitgangspunt ligt het niet. Basis voor de voorstelling vormen de liedjes van Kees Torn, een geliefde en veelgeprezen kleinkunstenaar. Een aantal van zijn klassiekers, zoals ‘Ommetje met mijn mol’ en ‘Streepjescode’, komt tijdens de avond langs. De vertolking van deze nummers door Onno Innemee en Liliane de Graaf overtuigt echter niet.

Innemee, een oude rot in het cabaretvak, is duidelijk beter thuis in het neerzetten van typetjes dan in het meenemen van het publiek in een aandoenlijk liedje. De Graaf, die een musicalopleiding volgde en in enkele kleine producties speelde, heeft weliswaar een mooie stem, maar het blijft allemaal te keurig en te gemaakt. ‘Dit lijf’, een lied over lichamelijk verval, komt wanneer het door de perfect gestylede De Graaf wordt gezongen toch wat ongeloofwaardig over.

Dieptepunt van de avond vormt een parodie op het nummer ‘Ik wou dat ik jou was’ van Veldhuis en Kemper. Dit wordt ‘Ik wou dat ie hard was’, een lied over Innemees impotentie. De Graaf stapt daarbij gewillig in de rol van de vrouw die mannen impotent ‘maakt’ door haar intimiderende persoonlijkheid, nogal pijnlijk vanuit feministisch oogpunt. Een filmpje van Leiden.TV leert dat Torn de tekst op verzoek van Innemee schreef, maar hem zelf niet wilde uitvoeren, omdat hij de muziek van Veldhuis en Kemper te slecht vond. Had nou maar naar hem geluisterd, denk je als toeschouwer.

Sowieso rijst tijdens de voorstelling regelmatig de vraag: wat zou Kees Torn hiervan vinden? Innemee was Torns vaste regisseur toen die nog soloprogramma’s maakte. In het voorjaar van 2016 tourden Innemee en Torn samen met de voorstelling Eraf met dat dak. Die tour werd vroegtijdig stopgezet, omdat Torn het spelen niet meer kon opbrengen. Dan maar verder met een ander, lijkt Innemee gedacht te hebben. Bij de première van Verschil moet er zijn werd Torn niet gesignaleerd. Wel merkte Innemee tussen neus en lippen door op dat Torn niet meer met hem wilde samenwerken.

Als dit waar is, geef je Torn groot gelijk. De clichématige en trouwens ook tenenkrommend slecht gespeelde verhaallijn en het onvermogen om de liedjes van Torn overtuigend te brengen maken Verschil moet er zijn in vrijwel alle opzichten teleurstellend. Een uitzondering vormt slechts de begeleidend pianist, Rik Tonino. Die speelt erg mooi!