In Vlaanderen is Bert Gabriëls een bekende comedian en televisiemaker. Nederlandse comedyliefhebbers zullen hem vooral kennen van het intelligente en grappige Vlaamse verborgen-camera-programma Zonde van de Zendtijd, dat hij samen met collega-comedian Henk Rijckaert maakte. Na een compilatie van zijn Vlaamse solo’s speelt Gabriëls nu voor het eerst een volwaardig soloprogramma in Nederland. Het resultaat valt erg tegen. 

Bert Gabriëls is jurist en juristen staan, verzekert hij ons, heel positief in het leven. Ze zien creatieve oplossingen waar andere mensen problemen zien. Die creatieve oplossingen vormen de rode draad van zijn voorstelling Van mij mag het. Gabriëls levert met deze voorstelling kritiek op onze regeldrift. Op alle kleine regels waar we al vanaf onze kindertijd mee te maken krijgen – netjes je spruitjes opeten, niet op het gras lopen – maar ook op de muur van bureaucratie waar vluchtelingen tegenaan lopen als ze in België komen en aan het werk willen.

Een interessant thema, maar de uitwerking mist scherpte. Dat heeft ermee te maken dat Gabriëls zich voor een groot deel beperkt tot alledaagse ergernissen, die misschien herkenbaar zijn, maar niet bijster origineel. Zo vertelt hij over zijn vrouw, die erg onredelijk kan zijn, en over vliegtuigen die na de landing nog heel lang moeten taxiën om bij de gate te komen. Gabriëls slaagt er bovendien niet in om goede grappen over deze onderwerpen te maken.

Typisch hier is de conference waarin hij creatieve manieren opsomt om wetten en regeltjes te ontwijken: als het verboden is om op het gras te lopen, is het daarmee nog altijd toegestaan om over het gras te rollen. En als het verboden is om seksistische opmerkingen te maken tegen vrouwen, betekent dat in de praktijk dat je vrouwen niet mag complimenteren met hun vrouwelijke eigenschappen, zoals grote borsten, maar wel met hun mánnelijke eigenschappen. Tegen een vrouw zeggen dat ze zo’n mooie snor heeft mag volgens Gabriëls dus wel.

Een gemiste kans, want Gabriëls heeft genoeg interessante ervaringen om uit te putten. Zo werkte hij in Vlaanderen mee aan het televisieprogramma Terug naar eigen land, waarin hij samen met onder anderen Veroniek de Winter van het Vlaams Belang door landen als Syrië en Turkije reisde. Gabriëls is ook persoonlijk betrokken bij de vluchtelingenkwestie als voogd van minderjarige vluchtelingen. Bij die ervaringen staat hij helaas maar eventjes stil.

Wat ook niet meehelpt, is dat Gabriëls’ theaterpersoonlijkheid tamelijk vlak is. Alleen op het moment dat hij tegen het slechte humeur van zijn vrouw ingaat door te spelen dat hij zélf een slecht humeur heeft, krijgt zijn personage even iets gevaarlijks, en wordt het echt spannend om naar hem te kijken. Ten slotte had Gabriëls zijn programma drastisch in moeten korten. Vooral het laatste kwartier, waarin hij liggend op een tafel allerlei flauwe woordspelingen de revue laat passeren, is echt onder de maat.

Foto: Johannes Vande Voorde