Until Our Hearts Stop is een ontmoeting tussen zes performers en drie muzikanten. Door middel van losse composities zoekt choreograaf Meg Stuart de spanning op tussen dierlijk instinkt en performatieve manifestatiedrang.

Met een ogenschijnlijke rust vangt Until Our Hearts Stop aan, maar al spoedig is het met de harmonie gedaan. Dansers kruipen op elkaar, schuren langs elkaar en bouwen bruggen met hun lichamen. Ze kleden en ontkleden zich en betasten elkaar. Het enigszins dierlijke schouwspel wordt begeleid met fantastische live muziek; warme jazzy trompetklanken bijvoorbeeld of donkere basriffen en energieke drumbeats. Dans en muziek vervloeien met elkaar en drijven elkaar tot bijzondere hoogte. Vooral die intense wisselwerking maakt van Until Our Hearts Stop een unieke performance.

Twee danseressen knijpen onnozel in elkaars borsten om vervolgens naakt over het podium te rennen en elkaar met de voeten in het kruis te betasten tijdens een acrobatisch hoogstandje. Intussen inspecteren enkele mannen elkaars lichamen om er daarna op te slaan tot de huid rood aanloopt. Het zijn merkwaardige taferelen, die een primitieve, licht wanhopige mens laten zien zonder dat er sprake is van een groot drama. Met regelmaat maken ook de muzikanten, Samuel Halscheidt, Marc Lohr en Stefan Rusconi, deel uit van de fysieke ontmoetingen. Al lijkt alles op improvisatie geënt, er zit wel degelijk een stevige structuur in het materiaal.

Als altijd heeft Stuart een goed oog voor sterke personalities. Sommige dansers zingen, anderen spreken zoals Christof van Boven, de enige acteur in het gezelschap en verbonden aan coproducent Münchner Kammerspiele. Hoe functioneel het decor is, dat uit een trap bestaat van palethout en een aantal wanden die op halve hoogte hangen, blijft wel een vraag. De productie kwam afgelopen zomer uit in de Ruhrtriennale. Wellicht had die setting een duidelijke functie in de transformatorhuizen van het Ruhrgebied. In het bonbondoosje van de Leuvense schouwburg viel het weg en voegde het te weinig toe aan de toch al uitgeklede kale ruimte met trekkenwanden.

Het oergevoel wordt kracht bijgezet met de komst van klei en Stuart doorbreekt de vierde wand door een interactieve pauze in te lassen waarin de spelers het publiek bestormen. Die pauze is tevens een ommezwaai naar deel twee, waarin we plots van doen hebben met een heus variététheater. Van Boven komt de trap af in jacquet, zijn ondeugende onderonsje met de pianist werkt op de lachspieren. De dierlijke arena is omgebouwd tot amusementshal en de naar contact hunkerende oermens is getransformeerd tot een entertainer. Knappe transitie! Net als in het eerste deel bepalen los-vaste composities de structuur. Het is een vertrouwde werkwijze van Stuart.

Until Our Hearts Stop, komende zomer te zien op Julidans, is minder vrolijk dan het bij tijd en wijle zelfs hilarische Sketches/Notebook, dat op het programma staat van het Holland Festival. Maar beide voorstellingen hebben kwaliteit. Sketches/Notebook blinkt uit in eenvoud en bescheidenheid en is een voorstelling waarin Stuart explicieter haar publiek opzoekt. Until Our Hearts Stop duikt diep in de krochten van het wezen ‘mens’ en legt in dik twee uur zijn hunkering naar aandacht bloot.