Amsterdam stroomt aan alle kanten over, dus de periferie wordt steeds begeerlijker en interessanter. Noord is hip en heeft het Over het IJ Festival. Ook Buiksloot merkt dat. Het was ooit een dorp, maar is nu een Amsterdamse wijk, met alle problemen en verhalen die daarbij horen. De deelnemers aan de audiotour The Village AMS Noord krijgen wat van die verhalen te horen.

Je kunt een app downloaden en je eigen telefoon gebruiken of apparatuur van Stichting Nieuwe Helden lenen. Die stuurt je naar plaatsen in de wijk, met de Buiksloterkerk (1609) als oriëntatiepunt. Van die oude glorie is weinig meer over, maar er kwam nieuw elan voor in de plaats: frisse architectuur, woningen die groter zijn dat wat je in Amsterdam onder het IJ voor die prijs kan verwachten. Al worden ook hier huizen in één jaar soms een ton duurder.

Inge is een nieuwe bewoner. Ze komt uit Ermelo, werkt bij de gemeente Amsterdam en werd ingeloot voor een huis in Buiksloot. Terwijl ze haar verhuisdozen aan het uitpakken was, kwamen er al mensen langs met een hoger bod. Ze weet dat ze in een felbegeerde wijk woont, maar maakt nog geen gelukkige indruk.

Hassan is een collega van haar – hij is handhaver in de openbare ruimte – die ook een huisje heeft bemachtigd. Volgens een buurman kan dat niet: allochtonen horen in flats, vindt hij.

De moraal van de verhalen is: je kunt wel een wijk uit de grond stampen, maar daarmee heb je nog geen gemeenschap. Zeker in een gebied dat bekend stond als het Siberië van Amsterdam. Floradorp, achter de kerk en de dijk, heette vroeger de rimboe. In de wijk kregen ook moeilijk bemiddelbare stadgenoten een woonplaats. Ook nu zijn er in Buikslootbendes van white en anders getinte trash. Het clubgevoel van vroeger is er niet meer. Allochtonen willen niet douchen na een voetbalwedstrijd en vinden vrijwilligerswerk achter de bar niet vanzelfsprekend. Een anonieme jongen is de wijkcoaches helemaal zat: donder maar op met je sociale programma en met je kunstproject.

De verhalen, soms verteld met al te nadrukkelijke voorleesstemmen, kennen we wel zo’n beetje uit vergelijkbare wijken; de locatie voegt er niet zoveel aan toe. Het is intussen wel van belang om op de juiste plaats terecht te komen: alleen daar is het verhaal te horen. Kaartjes op de app sturen je ernaartoe. De verhalenwandeling kost volgens bedenker en organisator Bas van Rijnsoever voor de snelsten een uur, maar als je digitaal wat minder handig bent en je richtingsgevoel laat wat te wensen over, haal je dat bij lange na niet.

Zo staren er hier en daar in de wijk ironisch genoeg geïsoleerde individuen met koptelefoons op naar schermpjes met illustrerende tekeningen te turen om verhalen over sociale cohesie en gemeenschapszin te horen. De gemeente doet haar best, maar voor een positiever beeld is meer tijd nodig. Hassan zei het al: ‘We leven niet in de hemel, zo is het nu eenmaal.’