‘Een hommage aan alle Sheherazades die strijden tegen barbarij,’ zo omschrijft de Franse choreograaf Angelin Preljocaj zijn nieuwste productie The nights. Wat we te zien krijgen is een aaneenschakeling van oppervlakkige scènes waarin een sextet mannen en een dozijn vrouwelijke dansers in krapgesneden slips onophoudelijk op zoek zijn naar zinnelijk genot.

Het begint met een prachtig uitgelicht plaatje. We zien de live versie van Het Turks bad, Ingres’ schilderij dat de door hem gedroomde Oriënt aan het einde van de negentiende eeuw verbeeldt. De imperialistische politiek prikkelde destijds de fantasie van een aantal mannelijke kunstenaars die hun eigen exotische wereld bij elkaar fantaseerden. De vrouwen waren er wulps en wellustig, de mannen wreed en hard, getuige het doek van Delacroix dat een bloedbad op Chios in verf vatte. Preljocajs proloog biedt beide kanten. De badderwereld van de vrouwen is stil en ontspannen, dampen dwarrelen omhoog tegen blote borsten. Zodra de mannen binnenstormen, van top tot teen gehuld in donker textiel – alleen hun ogen zijn zichtbaar – worden de vrouwen over de vloer gesleurd en is de zwoele idylle voorbij.

In de volgense scène hebben we zo’n anderhalve eeuw overbrugd. Mannen en vrouwen dragen een keur aan eigentijdse en verleidelijke kleding – van de hand van modeontwerper Azzedine Alaïa, die ook Grace Jones, Tina Turner, Madonna, Lady Gaga en Michelle Obama kleedt – en komen elkaar echtereenvolgens tegen in danceclubs, trouwzalen of op het strand. Daar weten ze doorgaans de voorgeschreven onderlinge afstand te bewaren en het lijf louter te laten leiden door de dreunende beat. Maar de erotische spanning blijft onderhuids aanwezig en wordt bij herhaling opgelost met een heuse ‘daad’.

De dans is, hoewel uitstekend uitgevoerd, nergens opzienbarend. Basisje ballet, mix met bekend modern, beetje ballroom en show, likje dance en randje Chippendales. Onorthodox is de wijze waarop de man, in een overigens formidabel en flitsend gedanst duet, zijn vrouwelijke danspartner lift: niet klassiek met de handen om haar middel, of moderner om haar benen, maar met gespierde arm tussen de benen door grofweg over haar kruis. Tussen alle heteroseksuele combinaties door zien we ook een lesbisch en een homoduet. De twee dames zijn in donkere, doorschijnende, nauwsluitende catsuits gestoken krolse stoeipoezen die door omstanders uit elkaar worden gehaald. De heren komen hand in hand en zelfbewust in een sportieve onderbroek het toneel oplopen voor een acrobatisch intermezzo in het park.

De hier en daar mierzoete muziek mixt traditioneel en modern plus oost en west, gecombineerd met bekende hits. ‘This is a man’s world,’ schalt uit de boxen als alle dames op een rij verschijnen in hetzelfde Tina Turner-jurkje op hoge pumps. We horen weer eens dat de man van alles maakt – auto’s, boten enzovoorts – maar dat het toch niet leuk is zonder vrouw, meisje mag ook. Dat meisje ligt aanvankelijk onderop en zit aan het eind van de voorstelling bovenop, maar verleiden blijft haar voornaamste doel.

Is dat wat Preljocaj bedoelt met bastion tegen barbarij? Is dit zijn manier om, zoals hij in interviews beweert, de discriminatie van vrouwen aan de kaak te stellen die nog steeds in tal van landen regeert? Zijn negentig minuten durende duizend-en-één-nacht-esthetiek toont heel wat minder subversieve girlpower dan de Femen-activiste op de foto op de voorpagina van de krant de dag ervoor. Daarop drukt een keurig in pak gestoken veiligheidsagent een jonge vrouw in ferme houdgreep tegen het asfalt, zodat de Tunesische premier de tekst op haar borsten niet hoeft te lezen: ‘Free Amina‘. Zulke fotografen hebben we nodig als de wereld achteruitholt en strijders voor mensenrechten worden opgesloten. En kunstenaars die geen clichés maar grensverleggende m/v-beelden presenteren. Free Pussy Riot. Free de dans.