De roman De sleutel (Tanizaki, 1886-1965) bestaat uit dagboekfragmenten van een oudere man, die op een dag besluit zonder enige terughoudendheid over zijn seksuele behoeftes te schrijven. Wetende dat zijn vrouw het dagboek zou kunnen lezen, legt hij de sleutel op een voor haar vindbare plek. De aantekeningen van de man worden afgewisseld door dagboeknotities van zijn vrouw. In Tanizaki van De Warme Winkel worden die dagboekfragmenten vervolgens afgewisseld met die van de acteurs.

De verhoudingen in het boek worden op scherp gezet als een derde persoon, de jongere man Kimura, zijn intrede in het verhaal doet. Er ontstaat een bijzondere driehoeksverhouding vol onuitgesproken, seksuele spanning. De link tussen die drie personages en de drie acteurs op de vloer is snel gelegd.

Maar niet voordat De Warme Winkel de boel bij de inloop al compleet ontregeld heeft. Terwijl het publiek binnendruppelt zijn Vincent Rietveld, Ward Weemhoff en Mara van Vlijmen nog fanatiek het decor in elkaar aan het flansen. Met vrolijke paniek (‘We begonnen toch om half negen?’) vliegt er van alles door de zaal nog voordat de voorstelling goed en wel begonnen is. Een aanstekelijk feestje gebracht met bakken energie.

Oeuvre-stukken, noemen ze hun zelf uitgevonden genre. Stukken waarbij het werk, het leven en de tijdgeest van een kunstenaar – Tanizaki in dit geval – tegen het licht van het heden wordt gehouden. Hun voorstellingen bestaan uit losse scènes (‘acts’ noemen ze het zelf), associatief aan elkaar gemonteerd, met een thematiek of onderwerp als leidraad. Jetse Batelaan deed de eindregie. Live op de koto, bijna de gehele voorstelling haar rug naar het publiek gekeerd, de Japanse Makiko Goto.

De Warme Winkel maakt zich niet druk om consequentie in speelstijl. Dan weer uitbundig en vol op het publiek, dan weer ingetogen en geabstraheerd – mystiek bijna. Enige voorwaarde: als het maar vol overgave wordt gebracht. Op die manier weten ze via uiteenlopende invalshoeken hun onderwerp te benaderen.

Met De sleutel hebben ze een ideale vorm gevonden om de thematieken van Tanizaki naar het nu te brengen. De dagboekfragmenten van hen zelf – dan weer geprojecteerd op de papieren achterwand, dan weer voorgelezen vanaf een MacBook – geven een inkijkje in de totaal verschillende belevingen van de acteurs tijdens het maakproces van deze voorstelling. Gelukkig staat daarbij niet centraal hoe deze voorstelling tot stand is gekomen, maar hoe de onderlinge verhoudingen verschuiven en verdraaien. Het ontstijgt daarmee een particulier verhaal dat uitsluitend voor collega-makers herkenbaar is. De voorstelling behelst een intrigerend spel van afstoten en aantrekken, waarin valse aannames, blinde vlekken en jaloezie aan de orde van de dag zijn. En dat is een ontwikkeling die zelfs de hilarische opening – waarin de drie acteurs zo los en vrijelijk met elkaar omsprongen – in een ander perspectief zet.

Lijkt Tanizaki in eerste instantie een vooral hilarische ode aan Japan te worden, uiteindelijk wordt het een persoonlijk en intiem verhaal over een bijzondere driehoeksverhouding: die van henzelf. Vol schrijnende en gênante ontboezemingen, verstilde scènes, esthetische vondsten en een flinke dosis grappen.

Als kotospeelster Makiko Goto zich aan het einde omdraait van haar instrument en ons, in brak Engels gesproken dagboekfragmenten, deelgenoot maakt van haar ervaringen met deze bizarre theatergroep, is bovendien de cirkel naar Japan weer rond. De Warme Winkel levert hier een knap staaltje theatermaken af.

Foto: Sofie Knijff