Closed Eyes is een ‘beeldend dansconcert’ dat de pijn blootlegt van een getraumatiseerd verleden. Hoe kunnen we verder ondanks dat verleden, is de vraag die choreograaf Alida Dors stelt aan de hand van haar eigen familiegeschiedenis. Omringd door drie muzikanten, negen dansers en prachtige videobeelden van Bernie van Velzen, duikt Dors haar eigen verleden in. (meer…)
Met veel vormelijk geweld toont choreograaf Alida Dors in (Sur)render haar blik op de wereld. We zullen elkaar terugvinden, is haar hoopvolle boodschap in barre tijden. Vooral de indrukwekkende beelden van videokunstenaar Geert Mul blijven op het netvlies hangen.
Deze derde grotezaalproductie van Alida Dors, die net als haar vorige productie Closed Eyes (2023) live begeleid wordt door muziek, kent een heldere structuur met drie epistels. Deel één vertegenwoordigt het hectische (straat)leven. In variaties op lichtblauwe jeans (kostuums Erik Bosman) verschijnt een groep jonge mensen op het toneel. Wanneer het gezelschap zich door de ruimte verspreidt, ontstaan al gauw korte explosieve choreografieën.
Elegante moderne dans, expressieve dans, virtuoze break, dynamische acrobatiek; elke danser is anders getraind en heeft zijn eigen skill, maar nergens krijgt deze de nadruk. Net als in andere werken van Dors zien we vooral een bewegende community. En de gemeenschap heeft het zwaar. Er wordt geschoten, er wordt gelynched; er vallen doden.
Wanneer die mimische bewegingstaal in dit deel ook verbaal wordt – er wordt behoorlijk gelachen en gehuild – is er nog maar weinig ruimte voor eigen interpretatie. Het is rood op rood, want eerlijk is eerlijk, die dramatische toon hier had ook de proloog van (Sur)render al gezet.
Heel indrukwekkend zijn de beelden van mediakunstenaar Geert Mul, die met zijn gigantische videoprojecties onze aandacht naar het achterdoek zuigt. In het landschap dat hij daar creëert, glijden we van modderige bouwplaatsen naar zwarte gaten, van kunstmatigheid naar oervorm, van de ondergang naar de opgang – en dat alles heel bewust van zwart-wit naar kleur. Adembenemend is die reis. Om de projecties ook een theatrale dimensie te geven, echoën de beelden door in de scenografie van Katrin Bombe, die een klein doek als schuin dak boven het toneel hing.
Windmachines worden het toneel opgeschoven. Ze zijn de voorbode van het apocalyptisch landschap, dat het einde der tijden symboliseert. Deel twee breekt vervolgens met alle eerdere vormen en leidt de transformatie in. Het ‘staaltje’ objecttheater haalt het maar nauwelijks bij alle beelden die we al hebben gezien.
Zo belanden we in het derde en laatste deel van (Sur)render, waarin de groep elkaar weer terugvindt. Een rituele rondedans in lichte kleding voert de boventoon, een gegeven dat de toch wel erg illustratieve aanpak symboliseert van dit theatrale epos, waarin Dors’ stem ook nog een rol heeft.
In hun lange woestijnjassen rijgen Alvin Lewis (gitaar), Patrick Mijnals (keys), Jeremiah Owusu Ansah (drums) van de band HAYP alle ideeën muzikaal aan elkaar. Daarin legt de dans het zichtbaar af tegen overweldigende beelden van Mul. Soms is een handeling een loos effect. Waarom moeten de keys van Mijnals bijvoorbeeld in het grid verdwijnen? Omdat het kan? Dors’ regie lijdt zichtbaar onder de veelheid aan theatrale middelen en in de overload blijft het licht achter. Te vaak staan objecten en dansers in het donker.
Wordt hier een kapitalistische systeem bekritiseerd, vraag je je af na het lezen van het begeleidende interview met Dors, dat Theater Rotterdam heeft gepubliceerd. Nee, dit is een product van dat systeem, is de enige conclusie die ik kan trekken. Dat doet pijn, want Dors’ vorige productie Closed Eyes, die veel persoonlijker was, raakte wel degelijk.
Foto’s: Amanda Harput