Een zorgvuldig opgestapelde toren van opblaasbare dierenzwembanden in de hoek, een doorschijnend blauw vierkant als van een verlicht zwembad en een laag betegeld muurtje. Alles beschenen door blacklight, die het geheel een dromerige onderwater-vibe geeft. Het is het subtropisch zwemparadijs van de Fransse Eijkel, waar de fakers van de maatschappij in vertoeven.

Alleen al met het fantasievolle decorontwerp van Eric Goossens onderscheiden Sanne Franssen en Christian van Eijkelenburg, samen het duo De Fransse Eijkel, zich van andere cabaretiers. Ze blazen een frisse wind door het genre, zoals ook al duidelijk werd uit hun eerste show De Fransse Eijkel speelt, waarin ze al een sterke eigen signatuur naar voren brachten.

Het expressieve duo richt zich niet zozeer op het verbale, maar veel meer op slapstick, synchroon praten en bewegen, meepraten met een geluidsopname en absurde sketches. Dat alles met de vervreemdende groteske humor van een zeemeermin met een geweer.

Hierdoor ontstaat een zekere afstandelijkheid, die in het cabaret eigenlijk niet vaak voorkomt. Ze raken geen gevoelige snaren, veroorzaken geen enorm gevoel van herkenning. Diep ontroerd of zwaar geïnspireerd de zaal uitlopen zit er niet in. Maar de twee zijn absoluut iets op het spoor. Iets dat raakt aan de aantrekkingskracht van elektronische muziekfestivals, en de full moon party’s in Thailand.

In hun resort staan dus niet Sanne en Christian centraal, maar fantasievol uitvergrote typetjes die je zou kunnen aantreffen in subtropische wellness-centra. Masseurs die de grofste massagepakketten aanbieden (buttplugs worden herhaaldelijk genoemd) en elkaar niet kunnen luchten of zien, zeemeer-vriendinnen op een verwentrip op zoek naar een onenightstand, paradijsvogels die deelnemen aan Temptation Island en de mensen die ’s ochtends met hun handdoek een zwembadstoel reserveren, om er pas later die middag op te komen liggen.

Daar zie je duidelijk hun inspiratie uit het digitale leven. Wie kent niet de viral filmpjes over zwembadtoerisme, kinderseries uit de jaren ’90, en de platste series van de hedendaagse televisie, waar al die jaren ’90 baby’s nu aan meedoen. In hun programma zap je langs al deze elementen in scènes die even abrupt eindigen als dat ze beginnen.

Het had allemaal vreselijk plat kunnen worden, ware het niet dat Franssen en Van Eijkelenburg elke scène met bijzondere precisie uitvoeren. Hoe grof ook – het blijft mooi om naar te kijken. Zeker als in de loop van het programma een zekere kwetsbaarheid in hun types sluipt, zoals de strenge badmeester die fan blijkt van kinderserie De snorkels. Of de gedachten van een jongen met smetvrees die het zwembad in gaat, en zich laat bezwendelen door een therapeut. Maar het hoogtepunt is absoluut de prachtige, bedeesde paringsdans van twee kwallen in blacklight – en het sterke contrast met de paradijsvogels.

Foto: Thijs Maas