In Stormkamers #1: Voor wie is niets onmogelijk moet het publiek aan het werk. Samen mag het uitmaken waar een nog onbekend geldbedrag naartoe mag gaan. Maar hoe laat je veertien mensen iets beslissen? Hoe organiseer je dat? Welkom in het laboratorium van Tg Nomen.

Dramaturg Hanna van Mourik Broekman gooit de groep niet helemaal in het diepe en legt de spelregels uit. Er zijn een aantal randvoorwaarden: ze roept af en toe hoeveel tijd er nog is (‘Jullie hebben nog twee minuten’). Ook is er een bescheiden basisopstelling van de besluitvorming. Architect Breg Horemans hielp een aantal kistjes te ontwerpen waarop mensen kunnen staan die het woord nemen. Er zijn drie kistjes (hoog) waarop mensen met luide stem de besluitvorming kunnen voeren. Er zijn iets meer (minder hoge) kistjes van de mensen die op minder luide toon mee willen en kunnen doen. En wie niet op een kistje staat maar op de grond (laag), mag niets zeggen. De opstelling van die kistjes en wie waar op mag of wil staan vormt het eerste deel. Daarna mag de discussie losbarsten. Waar gaat het geld heen?

Tijdens de eerste voorstelling op het Over het IJ Festival zijn toeschouwers allemaal beschaafde en beleefde bezoekers (niet te jong, niet te oud) met een groot democratisch rechtvaardigheidsgevoel en polderoverleg-manieren. Mensen die rustig blijven wachten totdat iedereen de pont heeft verlaten voordat ze er zelf op gaan. Aan het begin was er zelfs een moment dat iedereen even wachtte totdat iemand het voortouw nam. Maar bescheidenheid maakt nog geen beslissing: iemand moet een knuppel in het hoenderhok gooien en met voorstellen komen.

Er ontspint zich een erg leuke, lieve discussie met de nodige portie aan onduidelijkheden, overtuigingskunsten, willekeur, zelfs met maatschappelijke thema’s en het onvermijdelijke alle-stemmen-gelden. ‘Laten we van het geld allemaal een wijntje nemen aan de bar.’ ‘Laten we het aan die man geven die hier in de buurt staat en geld voor vluchtelingen ophaalt.’ ‘Nee, juist niet, dat is een oplichter.’ ‘Of aan die mannen op dat bootje verderop die eerlijke cacao gaan halen om er chocola van te maken.’ Pas in de vaart van de discussie vergeet je als deelnemer het laboratorium. De groep schurkt tegen de regels aan (‘Laten we besluiten niets van die kistjes aan te trekken’). Uiteindelijk, nog binnen de tijd, is er de consensus. Het onbekende bedrag gaat naar de kassa van het Over het IJ Festival ten bate van mensen die geen geld hebben om een kaartje te kopen maar er toch heen willen.

Hanna van Mourik Broekman is al langer bezig met de architectuur van besluitvorming. Het is een razend interessant fenomeen. Deelnemers merken dat randvoorwaarden, welbespraaktheid, initiatief, oneliners, brutaliteit, doortastendheid, beleefdheidsregels en talloze andere aspecten een discussie kunnen sturen en de beslissingen kunnen maken of breken. Een inzicht dat zonder veel moeite kan worden geprojecteerd op de meningenfabriek van de sociale media, het politieke circus van Den Haag, de discussie op het werk over de bestemming van het jaarlijkse bedrijfsuitje of het gezamenlijk in elkaar zetten van een IKEA-kast.

Hoe interessant ook, de discussie had meer gloed gekregen als er wat meer op het spel zou staan. Er ontbreekt een bite. Het is andermans geld en daarom kan het gezellig blijven. De discussie komt wat laat op gang. Het architectonische aspect (de opstelling en verdeling van de kistjes) is erg basic en kan best theatraler worden uitgewerkt. Waarom geen gouden troon, fluitje om mensen tot de orde te roepen of hamer om het besluit kracht bij te zetten? Het theatrale aspect blijft toch te veel hangen in woorden en de handen die al dan niet in de lucht gingen bij plenaire stemmingen. Ook was er geen mol. Het is dit soort overwegingen die de makers natuurlijk telkens maken en waarmee ze blijven sleutelen. En als het goed is de deelnemers in voorkomende gevallen ook.

Foto: Saris & den Engelsman