De briefjes met de meezingtekst liggen klaar op de stoelen: ‘Samen zingen is beter dan alleen, zingend doorstaan wij elk probleem.’ Maar Alice (geweldig gespeeld door Sarah Janneh) heeft even helemaal geen zin in zo’n positief openingslied. Ze kreeg vlak voor aanvang van de voorstelling te horen dat haar contract bij Theater Sonnevanck niet wordt verlengd. Haar vriend bedriegt haar en haar moeder heeft kanker. En dan heeft ze het nog niet eens over de buitenwereld met oorlog, ongelijkheid en honger. Ze verstopt haar hoofd nog liever in bloempot.

Naar enig aandringen van haar medespeler Maria Noë laat ze zich overhalen om toch maar het openingsnummer te zingen, maar wanneer Alice haar tijdens dat nummer terloops vertelt dat ook haar contract niet wordt verlengd, heeft ook Noë er helemaal genoeg van. ‘Ik sta hier verdomme in een kabouterpak!’ Zelden zo’n beteuterde en boze kabouter gezien. En terecht.

Want waar doen ze het eigenlijk voor? De kinderen begrijpen er toch niks van en de opa’s en oma’s in de zaal zijn al bijna dood. Dus besluiten ze de kinderen maar eens de harde waarheid te zingen, in plaats van al die liedjes waarin alles altijd goed komt, het kwetsbare wordt omarmd en je moet durven dromen. De huidige tijden vragen eerder om een ‘lange symfonie van Bruckner dan de kutmuziek die Coldplay tegenwoordig maakt.’

Het is duidelijk dat Stil maar meisje geen gebruikelijke jeugdtheatervoorstelling van Sonnevanck is. Sterker, de voorstelling is op verzoek van het Vier Oost Theater Festival speciaal voor volwassenen gemaakt – in de zaal dan ook geen kinderen. Stil maar meisje is echter meer dan louter een parodie op jeugdtheater waarin alles altijd goed komt. Want in deze korte voorstelling maakt tekstschrijver Leon Brill opzettelijk gebruik van elementen die in veel jeugdtheater en films terugkomen: verzet tegen je opgelegde rol, tegenpolen die elkaar vinden, lekker gek doen en zelfs een ‘lief’ einde in de vorm van een troostend slaapliedje ontbreekt niet.

Foto: Agnes Booijink