Ze brachten zon, kleur en zuidelijke charme in het grauwe, naoorlogse Nederland: de Italiaanse gastarbeiders die vanaf 1949 in de Nederlandse mijnen, hoogovens en textielfabrieken gingen werken. ‘Gastarbeiders’ was toen het woord, nu arbeidsmigranten. En ze waren gepassioneerd, verleidingszuchtig en hoogst aantrekkelijk voor de Nederlandse meisjes. In een discotheek in Oldenzaal, Twente, leidde dat in de hete zomer van 1961 tot ongeregeldheden: de Italianen werd toegang geweigerd, met hevige vechtpartijen tot gevolg. Theatergroep De Jonge Honden maakte van die botsing tussen Twentse jeugd en Italianen de voorstelling Spaghettirellen.

Een schitterende titel die de filmisch gebrachte voorstelling alle recht doet. Deze mix van spaghettiwestern, Romeo en Julia en West Side Story in Twentse setting brengt een verborgen bladzijde uit de geschiedenis tot leven. De muzikale voorstelling speelt zich af op het terrein van de voormalige weverij van Ten Cate in Almelo, waar nu de nieuwe wijk Indiëterrein in aanbouw is.

In het openingsbeeld neemt de Italiaan Stefano hartbrekend afscheid van zijn moeder op Siclië: ze huilt met lange Italiaanse uithalen. Ondertussen verheugen twee Nederlandse meisjes, Yvonne en Anna, zich op de komst van de Italianen, behalve Stefano ook Dante.

Maar vanaf begin af aan heerst ook onheil: de vriendjes van de Oldenzaalse meisjes spelen hoog op. Vooral de racistische, haatdragende en xenofobe Willem maakt Yvonne onomwonden duidelijk dat hij niets moet hebben van die Italiaantjes met zwart gepoetste schoenen, geplakt haar en mooie praatjes. Yvonne daarentegen ziet met hun komst haar kans schoon haar dromen van een ver buitenland te verwezenlijken: weg uit Oldenzaal wil ze, met die boerenjongens die alleen maar ‘Hoi’ zeggen en verder aan hun brommers sleutelen.

Op die glimmend gepoetste Zündapp en Kreidler Florett wordt fiks rondgescheurd. Ze geven een tijdsbeeld van toen, evenals de kostumering (door Hanne Pierrot) en de muziek door Sebastiaan Flier en Arjen Dijkstra. Het decor van Bas Verduijn laat zelfs een heuse balkonscène zien, waarin Yvonne en haar Stefano elkaar vinden.

Regisseur Jolmer Versteeg en tekstschrijver Wessel de Vries geven aan het op waarheid berustende verhaal een spannende, heftige speelkracht, versterkt door het fysieke acteren dat aan het slot uitmondt in de gewelddadige confrontatie tussen Willem (Yari van der Linden) en zijn rivaal-in-de-liefde Stefano (Joshua Albano). Het meisje Yvonne (Annet de Ruiter) raakt in een dramatisch dilemma, waarmee zij de voorstelling draagt. Een incident op de Oldenzaalse kermis bij de schiettent loopt uit op een echte confrontatie. Dat is een mooi begin: is de schiettent vermaak en zijn de geweren nep, de vuistslagen en schoppen zijn dat niet. Tegenover de elegante Italianen staat de uit de kluiten gewassen Herman (Jelle Mensink) die zijn onderdrukte homoseksualiteit deelt met Dante (Billy de Walle).

Een belangrijke rol is weggelegd voor Fokke Baarssen als overheidsambtenaar Vrielink. Vanuit een kleine container vertelt hij in een camera, alsof hij vanachter zijn bureau gefilmd wordt, over hoe hij ‘als Nederlandse overheid’ van tevoren de komst van de Italianen heeft beschreven en geanalyseerd in een rapport, maar deze rellen waren ‘onvoorzien’.

Vrielinks taal en ambtelijke woordkeus leggen exact bloot waar de Twentse spaghettirellen vandaan komen: op papier is het zo eenvoudig, arme Zuid-Italianen hier werk geven. Maar ze moesten Nederlandse aardappels eten en pasta was uit den boze. Bovendien was het in die ambtelijke gedachtegang ook onvoorzien dat Nederlandse meisjes zouden ontvlammen voor de Italiaanse charme. Het afwachtende, keurige karakter van de Nederlandse vrouw laat dat niet toe. Wat een misrekening. De mooiste zin is wel deze: ‘Casanova komt niet uit Oldenzaal.’ Wanneer Vrielink op het heetst van de strijd naar de rellen gaat en Yvonne hem roept omdat Stefano voor het hoofd is geschopt, draait hij zich met de rug naar haar toe. Een briljant detail.

Met de Spaghettirellen brengt De Jonge Honden een indringende combinatie van documentair theater en fysiek toneel. En al zijn de rellen ondertussen zestig jaar geleden, de aanleiding en gevolgen zijn nog altijd actueel.

Foto: Jan Amse