Carmen, Paquita, Bolero is het nieuwe avondvullende programma van het Nationale Ballet dat gisterenavond zijn première beleefde in het Muziektheater in Amsterdam. De drie op zichzelf staande stukken zijn gecombineerd vanwege de Spaanse elementen die elk stuk bevat. Behalve spectaculair en technisch perfect ballet biedt dit ook een interessant zicht op hoe klassieke stukken vertaald kunnen worden naar het hier en nu.

Voor Paquita, waarmee de avond opent, heeft productieleider Rachel Beaujean de bestaande choreografie van Marius Petipa aangehouden. Haar interpretatie biedt ruim een half uur aan virtuoos ballet, uitgevoerd in rijkelijk versierde kostuums. Zowel vooraanstaande solisten als leerlingen van de Nationale Balletacademie krijgen de kans hun virtuositeit te tonen. De developés in het duet van Matthew Golding en Anna Tsygankova doen de adem inhouden. Maar hoe knap ook, erg veel emotie of theatrale zeggingskracht bevat Paquita niet.

Bolero daarentegen is een dappere en compleet nieuwe choreografie op de bekende compositie van Ravel. In catsuits en zonder spitzen vormen de achtentwintig dansers – veertien vrouwen, veertien mannen – een geheel dat wonderlijk genoeg zowel sensueel als mechanisch overkomt met veel achterom krullende bovenruggen en handen, maar ook strak scharnierende ledematen. Het Spaanse element is in geen velden of wegen te bekennen, maar dat maakt de choreografie van Krzysztof Pastor er niet minder hypnotisch om.

Carmen ten slotte, gedanst op Shchedrins interpretatie van Bizets origineel, is het duidelijke hoogtepunt van de avond. Choreograaf Ted Brandsen heeft het klassieke verhaal van de fatale vrouw die ten onder gaat aan haar eigen losbandigheid, een hedendaagse lezing gegeven. Vertolkt door stersoliste Igone de Jongh is Carmen niet de gewetenloze verleidster, maar een zelfstandige vrouw wier geliefde José het onderspit delft doordat hij zich te afhankelijk opstelt. Eigenlijk heeft deze vertelling van een ongelijkwaardige relatie de toch enigszins in ere gehouden originele setting met Spaanse jurken en soldatenuniformen, niet meer nodig.

Het randje zuidelijk temperament zal zeker publiek trekken, maar het is juist de hedendaagse eigenheid van vooral Bolero en Carmen die dit prachtige programma hun kracht geven.