Een groepje jonge meisjes staat enigszins bedremmeld in het overdekte winkelcentrum in de Utrechtse wijk Kanaleneiland. Tussen de HEMA en de brasserie is ineens een brandschone, spaarzaam gemeubileerde pop-up store ingericht. ‘Wat is dit eigenlijk?’ vraagt een van hen na een tijdje. Een van de twee montere medewerksters legt het met plezier nog een keer uit. Je kan hier SELF kopen. Een kunstproduct – dat moet er om juridische redenen altijd bij gezegd worden – in de vorm van een zeep. Deels gemaakt van menselijk vet.

Het vet is afgestaan door mensen die een liposuctie zijn ondergaan; het staat voor de ongewenste overdaad van de westerse maatschappij. Samen met een Amsterdamse zeepmaker maakte Hetzel er zeep van. In de winkel kun je het product natuurlijk kopen – maar je kan ook op backstage tour, om te zien hoe de zeep gefabriceerd wordt.

Het publiek doorloopt in kleine groepjes de ruimtes achter de winkel. Daarin wordt het geconfronteerd met het hele productieproces van de zeep, en daarmee ook van de voorstelling zelf. Van het compliceerde juridische aspect – aan wie behoort het vet na een liposuctie eigenlijk toe? – tot de liposuctie zelf. Aan het begin van deze rondleiding krijgt het publiek de kans om in een biecht zijn schuld en schulden achter zich te laten. Hoogtepunt is een esthetische choreografie van grote vlokken schuim – een fijne afwisseling in de soms wat al te verstandelijke benadering van Hetzels onderwerp.

Hetzel is inmiddels een bekende op het SPRING festival. In het kader van de Nieuwe Makersregeling van het Fonds Podiumkunsten maakte hij in 2015 de zaalvoorstelling Sculption Fear, en het jaar daarvoor de indringende performance-installatie Still (the Economy of Waiting). Hetzel verbindt morele dilemma’s aan esthetisch-uiteenlopende beelden, waarin hij zijn onderwerp zowel hyperrealistisch als poëtisch-abstract behandelt. Dat is ook nu weer een grote kwaliteit van zijn werk.

Schuldfabrik gaat over de verhouding tussen schuld en schulden: de morele en de economische interpretatie van de term. Centraal staat het statement dat de een met de ander af te kopen is. Een geweten is te sussen met een financiële injectie in wat dan ook: grote bedrijven gaan fairtrade, particulieren doneren geld voor goede doelen.

Menselijk vet als symbool voor schuld, gebruikt in een product om jezelf mee te reinigen. Het is een tamelijk geniale vondst, die bovendien knap is ingebed in de hele performance. De totale winst van de performance wordt gedoneerd aan een stichting die waterputten boort in een dorp in Malawi, bovendien doneert Hetzel voor elke verkochte zeep ook een stuk zeep aan datzelfde dorp. Het menselijk vet wordt dus letterlijk omgezet in schoon drinkwater en hygiëne: upcycling, noemt de gladde CEO van Schuldfabrik het in het slotwoord van de route, waarin hij in gevatte oneliners zinspeelt op ons morele bewustzijn, alvorens hij ons met een zelfvoldane glimlach terug in de winkel in stuurt. Hij verplicht ons tot niets, benadrukt hij. Maar denk er maar eens over na.

Foto: Wolf Silveri Steirischer Herbst