Kilte. Het publiek zit op een tribune. In dikke windjacks gehuld, met dekentjes en hoofdtelefoons op, kijkt het over een grote lege parkeerplaats. Wat verderop flikkeren de rode lampjes van een eenzame windturbine. Op weg naar hier zijn we al menig groot gebouw en al vele parkeerplaatsen gepasseerd. Hier hebben tienduizenden auto’s gestaan, hier zijn meer dan 14 miljoen auto’s gefabriceerd. Regenplassen blinken als de spots branden. Koplampen doemen op, een auto nadert. We horen de stem van een man. Over hoe goed het hier wel was. En dan, dan is alles ineens weg, voor altijd. Immens leeg.

Zoals in een interview in de jongste Etcetera verwoord, wil het nieuwstedelijk (het huwelijk tussen het Leuvense muziektheater Braakland/ZheBilding en De Queeste uit Belgisch Limburg) het regionale combineren met het wereldse. Hun eerste productie was Vuur, dat zich afspeelde rond de brand op een schoolinternaat, maar het bevatte een universeel thema: het verlies van een dierbare, een kind en hoe dat het verdere leven bepaalt. Braakland/ZheBilding maakte al pittige maatschappelijke stukken over globale economische en politieke crisissen. Dat maatschappelijk thema zat ook sterk in de lokale stukken van De Queeste. Zij onderzochten, zoals ook voor dit stuk, via interviews en research welke impact een gebeurtenis, en in dit geval een economische beslissing op lokaal vlak, kan hebben op individuele mensen. Het zijn de mechanismen, oorzaken en gevolgen, die universeel zijn.

Ook nu transformeert het nieuwstedelijk de interviews met ex-werknemers en een tekst van Guido Kees, ook een ex-werknemer, tot het theaterverhaal van één personage: Henry (what’s in a name). Ook in Schroot lukt het om de grote wereldse kapitalistische mechanismen in te bedden in het levensverhaal van een klein iemand. Schroot heeft niet dezelfde emotionele uitstraling als het kleinschalige Vuur, maar je krijgt wel een helder beeld van de gevolgen die de sluiting van een fabriek kan hebben op de gemeenschap en op individuele mensen.

Na een sanering in 2003 waarbij drieduizend ontslagen vallen (en waarover De Queeste het stuk Arbeid/Afscheid De Ford maakte) valt op 24 oktober 2012 compleet onverwacht en tegen elke belofte in, het verdict dat Ford Genk zal sluiten in 2014. Veertienduizend mensen zullen hun baan verliezen. Er is nog wel verzet, maar nu overheerst gelatenheid. Dat maakt Schroot duidelijk voelbaar, door de menselijke kleinheid van het personage te plaatsen op die grote, lege asfaltplek.

Het personage Henry (Bram De Win) verwoordt en speelt woede, onbegrip en machteloosheid. Hij haalt herinneringen op, speels en grappig, maar nadien slaat de verbittering toe over de hoge prestatiedruk en de intimidatie na 2012. Een onmenselijk puntensysteem zet de werknemers tegen elkaar op en geeft de werkgevers de kans mensen te ontslaan die volgens hen niet voldoen of een sociale bedreiging vormen. Henry is woest, praat en praat en als het hem teveel wordt, stapt hij in de auto en scheurt over de parkeerplaats. Ik denk aan het nieuws van deze week over Volkswagen. Als dat Abgas-schandaal jaren eerder aan het licht was gekomen, zou dan concurrent Ford zijn vestiging in Genk hebben kunnen laten bestaan?

De fabrieksgebeurtenissen beïnvloeden niet alleen het persoonlijk leven van Henry, ze determineren het, en leiden zelfs tot hele dramatische gevolgen. Schroot kent een mooie dramaturgische balans tussen het macro-wereldse en het micro-persoonlijke, tussen beschrijvingen en emoties.

Bram De Win draagt het stuk, en wordt ondersteund door de muziek. Geloofwaardig en oprecht vertelt hij, gooit zijn emoties in de opflakkerende herinneringen. Regisseur Simon De Vos weet met actiemomenten de immense scène te bespelen. Er is een grote afstand tussen het publiek op de tribune en het speelvlak. Ook ten opzichte van het personage dat zich op het asfalt verplaatst. Er zijn de hoofdtelefoons, je hoort het personage alleen via de techniek tot je komen. Het personage en de geuite emoties komen niet dichterbij, raken niet. Alles blijft kil, zelfs het weer. Zoals de sluiting en de leegte in de duisternis om je heen. Resten de rode lampjes van de nieuwe windmolen, die aan en uit blijven gaan.

Foto: Katrijn Van Giel