In gefingeerd maanlicht schemert op het podium een enorme hoop, toegedekt met plastic. Slordig toegedekt giftig afval op een illegale stortplaats? De sintelberg naast een verlaten kolenmijn? Een alpentop misschien? De stroom associaties zwelt aan tot een vloedgolf als de berg begint te bewegen. Hij verheft zich, buigt, draait en schuift en trekt daarbij het plastic in plooien die weer nieuwe beelden creëren. Een dinosaurus die tot leven komt na een winterslaap van honderd miljoen jaren in een ijslaag. Darth Vader die ontwaakt met een enorme kater. Dan verschijnen twee mensen op het toneel, die pathetisch aan het plastic beginnen te sjorren. Het kost hen veel tijd en moeite, maar ineens pronkt daar de bron van alle beweging: een oude industriële robot, die zo’n veertig jaar geleden auto’s assembleerde.

Geïmponeerd kijken wij toe. De robot is groot en dreigend, maar ook van een grote schoonheid. Ontroerend zelfs, zoals hij daar stilgevallen in het schemerlicht staat. Het moment markeert het hoofdkenmerk van Sans objet van de Franse groep Cie111: elegant en koddig, plechtig en parmantig tegelijk. Heel Frans op een bepaalde manier, in de beste zin van het woord. Donderdag opende Sans objet het Groningse festival Noorderzon. Het was tevens de Nederlandse première van deze voorstelling, een mengeling van tekstloos theater, dans en circus die Aurélien Bory, artistiek leider van Cie111, in 2009 maakte in het Théâtre National de Toulouse Midi-Pyrenées.

Al Bory’s voorstellingen zijn tekstloos. Toch noemt hij zijn uitvoerders ‘acteurs’ omdat ze ‘acties’ ondernemen op het toneel, met de ruimte en de hulpmiddelen die hij hun ter beschikking stelt. Buiten de context van de autofabriek wordt de robot ‘objectloos, doelloos’, zo verklaarde Bory de titel in een interview. ‘Onze kijk op dat ding verandert daardoor. De robot wordt zowel de ontvanger als de spiegel van onze projecties. Voor mij is dat ook een functie van theater.’

De acteurs annex imposante acrobaten Olivier Alenda en Olivier Boyer spelen met de robot, en hij vooral met hen. Soms vertedert hij, dan weer intimideert hij, als de beide Oliviers hem proberen te overmeesteren en de robot laat zien wie de baas is. Dan blaast hij perslucht af met een dreigend gesis, of laat hij zijn lange, sterke arm mechanisch gieren. Sfeervolle minimal music van Joan Cambon is de enige andere akoestische begeleiding. Natuurlijk refereert Sans objet aan een even oude als actuele angstdroom, ooit opgeroepen door Mary Shelley’s Frankenstein: dat de mens in zijn genialiteit schepsels maakt die hem uiteindelijk zullen overheersen.

Maar Bory’s show doet ook denken aan Charlie Chaplins Modern times en aan de vele andere kunstenaars die zich in de vroege twintigste-eeuw lieten inspireren door de industriële revolutie. Het is een klassieke ode aan de machine die nog stinkt, lawaai maakt en olie lekt, en die wij zijn vergeten nu wij de hele wereld kunnen verkennen in een doosje zo groot als onze handpalm, waarin niets meer beweegt of weerklinkt behalve de beelden van YouTube en de muziek van Spotify.

Foto: Aglaé Bory