Show, don’t tell. Tijdens de openingsavond van het Groningse theaterfestival Jonge Harten kon het publiek deze uitdrukking na afloop tweemaal bezigen. Eenmaal als verzuchting, eenmaal als constatering. Want zo diametraal stonden de beide voorstellingen tegenover elkaar. Althans, wat de tekst betreft.

In Firma Draaks RO-BOT is het de overdaad aan woorden die murw maakt. Gek genoeg alleen in één van de twee verhalen waaruit de voorstelling is opgebouwd. Het ene verhaal schetst een soort oorsprong van de mensheid, opgedist in losse woorden alsof wij allemaal wel weten hoe het er eertijds aan toe is gegaan: ongerept, man, vrouw, nageslacht, samenleving. Zo iets. In ieder geval zonder robots en drones, apparaten die in het andere verhaal een hoofdrol spelen.

Dat gedeelte bestaat als gezegd uit tekst, veel tekst. Teveel tekst. In het Engels bovendien en monotoon gedeclameerd. Het heeft er alle schijn van dat Firma Draak iets te snel met deze voorstelling naar buiten is gekomen. Er zijn elementen die fascinerend zijn (de robotvrouw aan de bar bijvoorbeeld) en ook het beeld van een grote stad dat wordt opgeroepen door een uitgekiende belichting van een verzameling cd-rekken mag er zijn. Maar voor de rest is het vooral saai. Daar kan geen rookmachine, geen stukje jazz of een stenen god iets aan veranderen. Terug het repetitiehok in lijkt de enige conclusie.

Dat geldt niet voor Robbert&Frank/Frank&Robbert, twee jonge Vlamingen die een voorstelling brengen waarin geen woord gesproken wordt. Dat noemen we nog eens Show, don’t tell! De enige tekst die klinkt is een gedicht van Robert W. Service dat wordt voorgedragen door een borstbeeld waardoorheen eerst een ballon is opgeblazen. Dat gedicht overigens draagt hij voor door een houten microfoon. Welkom in de wondere wereld van Robbert & Frank.

In die wereld kan veel. Ze wandelen erin rond als twee verbaasde kinderen die zich bij alles afvragen ‘zou het ook kunnen dat…?’. Om dat vervolgens te gaan uitproberen. Houten latten van vijf meter lang, waarschijnlijk zien liggen op een bouwplaats. Zou je die kunnen ronddraaien boven je hoofd zodat het op een propeller lijkt? Ja dus. Maar ze kunnen ook geluid maken, of vleugels suggereren. Misschien kun je er zelfs wat in klimmen, hoe dun die latten ook lijken.

Robbert & Frank onderzoeken het allemaal en hebben geen tekst nodig om ons deelgenoot te laten zijn van hun verbazing. En hoe weinig heb je dan nodig om een compleet moordmysterie te verbeelden. Een paar miniatuurboompjes, een autootje aan een stok met een zaklamp, een roodgeverfd stuk hout in de vorm van een plas en muziek van Angelo Badalementi. Hoppa, daar is de suspense!

In To break the window of opportunity is de verbeelding aan de macht. Heerlijk.

(To break the window of opportunity, foto: Tom Callemin)