12 t/m 14 mei is het dan zover: het eerste queer kunstenfestival ooit in Den Bosch. Met een gevarieerd programma maken organisatoren Trek Iets Leuks Uit en Verkadefabriek een weekend lang ruimte voor queer makers in de vorm van theater, film, talks en feest.

Het Queer Arts Festival is niet uit de lucht komen vallen. Wat vanuit Trek Iets Leuks Uit begon met een gesprek in een café, ontwikkelde zich gedurende een aantal jaar tot een workshop, toen een eenmalige avond op Festival Boulevard, tot uiteindelijk deze samenwerking met de Verkadefabriek.

Zodoende is er op de openingsdag een waaier aan voorstellingen en films. Films uit de internationale hoek en de theatermakers vooral uit de lokale hoek, met op de vrijdag o.a. uitvoeringen van Queertopia van Werkplaats van de Woestijne & Luit Bakker en Nu mijn borsten eraf zijn kunnen we dichter tegen elkaar liggen van Caro Ilias de Feijter.

Voorafgaand aan de opening ga ik in gesprek met Trek Iets Leuks Uit-organisatoren Kirsten van Teijn en Teddy Tops, en Verkadefabriek-programmeur Wouter Bakker. Zij benadrukken hoe belangrijk het lokale aspect is. ‘Het is een programma waar ook letterlijk Den Bosch betrokken is. We hebben niet heel Amsterdam leeg getrokken. We willen laten zien wat er hier gebeurt, en lokale makers een plek en een podium bieden. De ontmoeting tussen makers zelf vindt daar ook in plaats. Daar zoeken wij zelf ook nog steeds naar,’ aldus Kirsten.

Den Bosch is in dat opzicht volgens de organisatoren een vreemde eend in de bijt. ‘De stad heeft voor lgbqtia+-ers maar weinig plekken om gelijkgestemden te ontmoeten; als er een queer editie van een evenement ontstaat, dan blijft dat toch eenmalig, vrijblijvend, ergens waar je te gast bent. Queer Arts Festival probeert dat om te draaien. Tijdens dit weekend is de queer gemeenschap niet de gast, maar juist de host – eindelijk eens een thuiswedstrijd voor Den Bosch. Die mate van opluchting en trots is dan ook voelbaar op het festival, en in zekere zin ook in de stad. Zelfs de festivalvlaggen bij het station roepen voor festivalbezoekers al een gevoel van welkom op, zoals een bezoeker alvast aan ons liet weten.’

De dag wordt geopend door De staat van Queer, een door de organisatoren geïnitieerde tekst over hoe het er heden ten dage voorstaat met queerness, in Nederland en daarbuiten, uitgesproken door Tops. De kern is er een van gemengde emoties: ondanks dat er nadruk wordt gelegd op de hoop en veerkracht van de queer gemeenschap, en op deze nieuwe mogelijkheid tot ontmoeting in de stad, worden ook recente ontwikkelingen aangestipt. De drag bans in Tennessee, de strengere wetten in Hongarije, de doodstraf in Oeganda. Het is een wrange smaak temidden van de vrolijkheid van het festival. De connotatie van discriminatie en gevaar is onlosmakelijk verbonden met de lhbtqia+-gemeenschap, en juist dat onderstreept nogmaals de noodzaak van dit initiatief. Dat een dag van tevoren de jaarlijkse Rainbow Index is gepubliceerd, waarin Nederland opnieuw een plaats is gezakt ten opzichte van vorig jaar, helpt natuurlijk niet mee.

In het openingsprogramma wordt deze leidraad voortgezet. Het duo BO Diversity presenteert NORMBREKERS, een interactief programma waarin de presentatoren de zaal op educatieve wijze door lhbtqia+-termen en -geschiedenis heen loodsen, met behulp van quizvragen, videofragmenten en stellingen. Er worden begrippen uitgelegd, maar er wordt ook stilgestaan bij thema’s als testosteron, generatieverschillen, (de)criminalisatie en de aids-pandemie. Door het publiek bij het gesprek te betrekken, ontstaat er een open sfeer waarin ook persoonlijke verhalen kunnen worden verteld.

Wat de programmaonderdelen met elkaar verbindt, van film tot theater tot talk, is dat de werken op intieme wijze aan dezelfde thema’s raken. Gesprekken over gender, identiteit, seks en discriminatie worden zowel binnen als buiten de zaal gevoerd. In Als mijn borsten eraf zijn kunnen we dichter tegen elkaar liggen, neemt  non-binaire theatermaker De Feijter hun publiek mee in het proces van hun transitie. In de vorm van een verjaardagsfeest worden de obstakels maar vooral ook de viering die met transitie gepaard gaat, gedeeld met het publiek.

In het café wordt meerdere malen de voorstelling Soms wil ik iemand aan kunnen staren gespeeld door SLIK, waarin filosofisch en muzikaal wordt bevraagd hoe je in een publieke ruimte, zoals een café, jezelf positioneert en flirt als queer persoon. In Queertopia, tot slot, betreed je als bezoeker een conversie-machine. In een parallelle wereld waarin seksuele oriëntatie een keuze is, worden vragen gesteld over liefhebben en politieke agenda’s.

In de hal kun je intussen een praatje maken met de organisatoren van de campagne Iedereen Mag Zoenen, een initiatief gericht op het zichtbaar maken en normaliseren van het tonen van genegenheid tussen (alle) mensen op straat. Dit doen zij met verschillende acties en initiatieven, en op Queer Arts Festival met een kraampje met toelichting en bijpassende verkoopwaar.

Even verderop kun je je hart ophalen bij het de pop-up shop van lekkerblijvenlikken, die via vormgeving en designactivisme normen rondom seksuele taboes proberen te doorbreken. Zo zijn er vulvaoorbellen, t-shirts met getinte teksten, en prints met een focus op vrouwelijk genot.

Ook de rest van het weekend belooft uit te pakken, met drag workshops, een queer kerkdienst, en uiteraard het samen kijken naar de finale van het Eurovisie Songfestival.

Foto: Karin Jonkers