Eerst wilde de Oostenrijkse performer Michael Turinsky, die leeft met een lichamelijke beperking, het communisme omarmen. Hij geloofde erin omdat Marx en Engels spreken van ‘een beweging’. Uiteindelijk deed hij dat toch niet en wendde hij zich tot het socialisme. Maar omdat socialisme komt ‘met de fiets’, zoals een bekende uitspraak luidt, moest hij ook dat ideaal loslaten. Volgende stap in zijn denkproces: waarom maak ik geen voorstelling over ‘handicap and choreography’? En dat deed hij. Hij noemt zijn performance Precarious Moves

De uitvoering is een onderdeel van Frascati International. Turinsky was al eerder te gast in Nederland, in 2018 tijdens Spring in Utrecht. Toen was hij samen met de eveneens Oostenrijkse danseres Doris Ulich, nu treedt hij solo op. De witte speelvloer loopt door tegen de witte achterwand. Daarop staat de tekst geprojecteerd, in het Engels en Nederlands. In drie delen verbeeldt Turinsky humoristisch, intelligent en volkomen eerlijk het leven met een ernstig fysieke beperking. De delen zijn ‘The Tree’, ‘The Wood’ en ‘The Wind’. Dat is een mooie driedeling die weliswaar niet letterlijk terugkeert, maar die de kijker wel stuurt naar gedachten over een boom die groeit in een bos en vervolgens een storm doorstaat.

Duidelijk is dat mensen met een beperking nooit tot de gangbare standaard (het bos misschien?) kunnen behoren. Turinsky rijdt rond in een rolstoel en als hij voortbeweegt zonder die rolstoel moet dat op de knieën. Daarbij behoudt hij met zijn motorisch niet volgroeide armen een precair evenwicht. Het woord ‘precair’ uit de titel heeft veel betekenissen, variërend van onzeker en hachelijk tot zorgelijk, pijnlijk en zelfs gevaarvol. Hardop vraagt Turinski zich af ‘waar onze passie voor beweging en bewegingsvrijheid toch vandaan komt’ en ‘waarom verlangen we er zo naar’?

Om antwoord te geven kiepert hij een plastic doos leeg op de bühne. Een houten speelgoedtreintje met dito rails valt eruit. Soms met krampachtige bewegingen, maar plotseling heel soepel en doeltreffend, zet hij de rails in elkaar, laat het treintje eroverheen rijden. Ondertussen vertelt hij op poëtische wijze wat beweging betekent, en vooral waarom zijn stuurse en onvolkomen bewegingen zo botsen met de soepele, snelle mobiliteit van alledag.

Een ander beeld is dit: hij vult een kom met limonade en laat daarin twee papieren zeilbootjes varen die hij voortblaast op de wind van zijn adem. De bootjes dobberen wat tegen elkaar, maar toch, dankzij zijn en daardoor onze verbeeldingskracht lijken ze echt te zeilen.

Turinsky’s conceptuele solo heeft als beginpunt zijn beperking, de beperktheid van zijn bestaan. Maar de ‘choreography’ die hij in het begin noemde, staat voor vrijheid. Hij dwingt de toeschouwer naar zijn fysieke beperkingen te kijken, en dat kan best ongemakkelijk zijn, maar op wonderbaarlijke, vernuftige en zelfs speelse wijze weet hij vrijheid te creëren.

Een hoogtepunt vormt de opsomming van alles wat hij is: een leugenaar, minnaar, een vallende man. Om dit alles te bewijzen verdwijnt hij even achter het achterdoek en komt weer te voorschijn, rijdend in een miniatuur sportwagen, een rode. Eerst rijdt hij behoedzaam kleine rondjes, daarna steeds sneller. Dit is vervulling van het vrijheidsverlangen en tegelijkertijd een treffende ironie, zelfs lichte satire, op snelheid.

Om een spoiler te voorkomen laat ik het slot onbeschreven, maar de scènes die daaraan voorgaan zijn echt knap: knielend op de grond, met de rug naar het publiek, ‘danst’  Turinsky op hevige beats, het bovenlichaam heen en weer wiegend. Dat is inderdaad een choreografie, maar dan voor de mens die met de knieën gebonden is aan de grond. Omdat zijn benen niet krachtig genoeg zijn. Kort daarna klinkt het danslied ‘The Loco-Motion’ over zwaaiende heupen en soepele bewegingen. Precarious Moves is een choreografie van de overwinning. En van de wilskracht.

Foto: Loizen Bauer