Dit is perfecte synchroondans: vier dansers van DansBlok zijn in elke ritmische beweging als elkaars spiegelbeeld. Ze dragen blauw-glanzende kostuums, knisperend als zilverpapier.

De voorstelling heet Over & Over, een raak gekozen titel. Het eerste deel is een minimal-music van dans: in telkens herhaalde patronen beweegt het viertal zich door de ruimte, begeleid door astrale muziek van onder meer Peter Horrevorts, Gaiser en Laurent Garnier. Er ontstaat een associatie met ruimte en tijdloosheid, mede door de dans die je ‘zwevend’ zou kunnen noemen: telkens weer gaan de danseressen de hoogte in en laten zich vallen.

De voorstelling is gemaakt door het Leidse collectief DansBlok dat bestaat uit Rosa Allessie, Éryn Nieuwint, Dieuwertje Spek en Tessa Wouters. Zij beijveren zich de professionele dans in Leiden te inspireren en daarmee zijn ze met Over & Over uitstekend geslaagd. Lenna Schouten heeft het viertal van choreografisch advies gediend en het sfeervolle lichtontwerp is van Andries van Duijvenbode. Feitelijk zijn we door deze danseressen meegevoerd in een geheimzinnige club, waar zij de leiding nemen. Hoewel nog steeds coronatijd mocht een handjevol professionals aanwezig zijn.

De vreugde van het spel mét publiek gaf de uitvoering extra kracht en betekenis. Geleidelijk valt het viertal uiteen tot individuele dansers. De veilige grenzen van opgenomen worden in een groep worden doorbroken. Dat is de grote verhaallijn achter de dans die beeldend, herkenbaar en vertellend is. Soms trekken de dansers naar elkaar toe en vormen ze een ademend sculptuur van vier lichamen, dan weer vallen ze uiteen en klampen zich aan elkaar vast alsof ze elkaar nooit willen loslaten. En toch gebeurt dat.

Zo, elkaar aantrekkend en zich weer van elkaar vervreemdend, golft de voorstelling prachtig voort, met mooie momenten van verstilling na de energieke uitbarstingen van heftige bewogenheid. Humoristisch is de scène waarin de danseressen acteren alsof ze voor de spiegel staan en zichzelf bekijken en beoordelen, hun kleren en glitterhaar schikkend, de lippen tuitend. De concentratie waarmee ze dat doen is groot. Als toeschouwer geloof je helemaal in deze scène die een pure toneelscène is.

Het idee van een club is groter door de elektronisch aangejaagde muziek, waarin soms een vervormde stem is te horen die ‘Sensation’ zingzegt. Ik waande me in een discoclub ergens in de jaren negentig, die sfeer heerste er met dansende lichamen in soepele, wervelende en elastisch-energieke vormen. Wat een geluk deze in dans vertaalde energie en concentratie te mogen bijwonen, dat is dus zoals theater en dans live horen te zijn: eensgezind deze sensation te ondergaan.

Daarbij komt dat je geen seconde het idee hebt dat de choreografie zoekend of tastend is, integendeel, na elke scène volgt een passage, een rituele beweging, die opnieuw getuigt van inspiratie. Het is te hopen dat deze besloten voorstelling ook spoedig voor het danspubliek getoond gaat worden. In juni al, beloofde na afloop een van de danseressen, dan vindt in Leiden een dansfestival plaats.

Foto: Alina Fejzo