De jongen met baseballpet op telt het geld uit dat op de vloer ligt. Hij verstopt het in zijn jack, houdt de stapel krampachtig vast. Hoe komt hij aan het geld en wat betekent het voor hem? Alles. Het is gestolen. Van zijn baas die het achteloos op zijn bureau liet slingeren. Tijdens een kort onderhoud zag hij het liggen en in een flits greep hij ernaar. Nu is het te laat. Hij is een crimineel, een lot waarvan zijn moeder altijd heeft gedacht dat het haar zoon zou overkomen. 

Dit is de sterke openingsscène van het toneelstuk Outlaw dat de Toneelmakerij brengt als klassenvoorstelling op middelbare scholen, en ook op andere speellocaties. Ik zag de voorstelling voor leerlingen van het Vathorst College in Amersfoort, in een fraaie, goed geoutilleerde studio die de school rijk is. Regisseur Wieke ten Cate en tekstschrijver Lowie van Oers concentreren zich op armoede, een probleem dat in de huidige tijd nauwelijks goed bespreekbaar is. Ze verbeelden in dit belangrijke toneelstuk wat armoede is en welke gevolgen armoede heeft voor degenen die eraan lijden.

Ten Cate interviewde mensen die opgroeiden in armoede en voor wie dat repercussies had voor de rest van hun leven. Hoe probeerden ze armoede te overwinnen? Wat deed armoede met hen? Kinderen die bepaalde merkschoenen niet kunnen kopen hoewel iedereen in de klas die draagt, raken daardoor ‘geïsoleerd’: zo werkt armoede, zo wordt een jongere een outlaw, een buitenstaander.

De voorstelling is vernuftig opgebouwd. In een decor, ontworpen door Esmée Thomassen, vormen grijze kratten en een rijdend scherm de rekwisieten. Eenvoudig en doeltreffend. Tony, vertolkt door Abdelkarim el Baz, gaat op de bank van plastic kratten zitten om zijn leven als prille crimineel te overdenken. Niemand die hem ziet terwijl hij denkt dat iedereen naar hem kijkt. Dat verbeeldt de jonge speler El Baz prachtig. Opeens komt naast hem een vrouw zitten, die met hem een spel begint: kan hij raden wat die en die vrouw denkt, waar die man daar vandaan komt? Ze is een geheimzinnige verschijning. Actrice Eva Zwart vertolkt in dubbelrol ook Tony’s moeder die wanhopig is van armoede. Tot overmaat van ramp heeft haar man haar verlaten.

Het is belangwekkend dat deze voorstelling op scholen wordt gespeeld, net als het eerdere Nadia over radicalisering, ook door de Toneelmakerij. Het is prachtig hoe het thema door de geheimzinnige verschijning van de vrouw een mooie laag van verbeelding krijgt. Op geen enkele manier is het onderwerp te zwaar beladen. Tony laat mooi zien dat hij weerloos is voor de magische aantrekkingskracht van het geld. Hij voelt haarfijn aan dat hij een crimineel dreigt te worden, hij wil het niet, maar de verlokkingen van rijkdom zijn te groot. In discussie met de vrouw geeft hij scherp aan hoe geld zijn leven bepaalt. Hij zou een held willen zijn, maar voelt zich eerder een loser. En tegelijk is hij te trots voor de rol van loser.

De makers hebben met Outlaw getekend voor een belangrijke voorstelling die een jong publiek beslist zal aanspreken, en het mooie is: kwalitatief hoogstaande voorstellingen als deze openen voor hen later vast de weg naar de schouwburg. Outlaw weet de wetten van het theater op dramatisch-gevoelige en fantasierijke wijze uit te drukken.

Foto: Sanne Peper