Dat The Sadists prima musici en acteurs zijn toonden ze al vaker. In Alabama chrome bijvoorbeeld, en vorig seizoen nog in Somedaymyprincewill.com. Inmiddels zijn ze gepromoveerd tot vaste makers bij Orkater. In hun nieuwste voorstelling Onward! pakken ze flink uit in een poging om iets van de jaren tachtig te laten herleven.

Voor Onward! is het podium met een paar mobiele wandjes vol monitoren en speakers ingericht als een soort televisiestudio. Een setting die past bij de scènes die ze spelen, want die zijn meestal ontleend aan Amerikaans tv-amusement en films. Dat levert in elk geval veel herkenning op: FBI-mannetjes met hun eeuwige zonnebrillen, figuren uit een sciencefictionserie of een grappige parodie op Back to the future. Don Johnson duikt op in de poses van de agenten Johnson en Johnson die de vloer moeten aanvegen van Johnson nummer 3, die eigenlijk Dick de Cock heet (een grapje dat gelukkig wordt uitgelegd).

Kaspar Schellingerhout, Erik van der Horst en Viktor Griffioen hebben bovendien veel plezier in het vette Amerikaans van hun tv-typetjes: twintigers die opscheppen over hun date of een Amerikaanse president die vlak voor hij aan zijn tv-speech begint, gore taal uitslaat over de problemen die hij heeft met poepen en masturberen.

De verschillende delen van de voorstelling gaan soepel in elkaar over. Maar Onward! blijft een serie losse scènes die niets te melden hebben, laat staan iets substantieels over de jaren tachtig. En met die overdosis BNN-humor wil het ook niet echt leuk worden.

Uiteraard herinneren ook de liedjes aan de jaren tachtig: de computersound van Giorgio Moroder, een galmende ballad of beukende heavy metal met gierende gitaar en falsetstemmetjes, uitgevoerd met forse pruiken en de stereotiepe stoere-jongenshouding. Behalve het laatste nummer, een lekker bombastische Muse-rip-off, zijn de songs vaak te kort om echt uit de verf te komen.

Onward! zit technisch prima in elkaar maar gaat jammer genoeg nergens over: een strakke muziektheatervoorstelling met een stevig tempo, te veel inhoudelijke ongein en minder muziek dan je zou willen.

Foto: Bowie Verschuuren