De Hyacinthstraat, Pioenstraat en Florakade zijn niet de mooiste woonwijken van Groningen. Er valt eigenlijk niets te beleven en nauwelijks iets bijzonders te zien. Toch kiest actrice Veerle van Overloop juist de Bloemenwijk, rondom het Pioenpark, als locatie voor haar audiotour One Million People and Me, uitgevoerd op het Noorderzon Performing Arts Festival.

Maar eerst krijgen de deelnemers ontvangst in het Oude Politiebureau aan de Zaagmuldersweg, een mooi gebouw uit de jaren dertig, waar een video wordt vertoond van jonge mensen die in een vloeiende choreografie naar elkaar bewegen, uit elkaar gaan, een groep vormen, dan weer een eenzaam individu. Van Overloop liet zich inspireren door foto’s en fragmenten uit de boeken Suicide en Autoportrait van fotograaf Edouard Levé, gebracht als een choreografie door Adam Peterson. Het zijn prachtige beelden, maar de toeschouwer kent op dat moment, zo aan het begin, nog niet de context ervan. Dat is jammer. De Antwerpse muzikant en zanger Bert Dockx zingt er een schitterend Engelstalig lied bij waarin hij een opsomming geeft van alles wat hem boeit of juist irriteert, somber maakt.

Daarna volgt de toer. Verrassend is dat we een personage volgen dat een lichtblauwe regenjas draagt en een vreemd helmachtig masker, waarin we een verfrommeld mannengezicht herkennen. Het personage loopt vooruit, maar de jas is aan de achterzijde dichtgeknoopt en het masker siert het achterhoofd. Zo beweegt de groep met koptelefoons op zich door de stad.

In de eerste zinnen komen we erachter dat een man zelfmoord pleegde. Hij hield zijn vrouw voor, die zich al in de tuin bevindt, dat hij iets is vergeten. Hij gaat terug, de kelder in, ze hoort het schot van een geweer. Wat volgt is een bijzondere spannende tekst over zelfmoord die ook iets surrealistisch heeft. Door het ontbreken van enige band tussen locatie en tekst heeft het geheel ook iets vervreemdends.

De jongeman hield niet van reizen, hij leed aan de verveling bij anderen te zijn en vooral van de ’tweepersoonsverveling’, een mooi nieuw woord. Van Overloop, verantwoordelijk voor concept, tekst en stem, belicht alle kanten van de laatste daad van de man van drieëntwintig. Bijzonder is de omkering die ze aangeeft: als iemand jong de dood vindt of zoekt, dan spreken we van alle verwachtingen die nog vervuld konden worden. Als iemand op gevorderde leeftijd overlijdt, dan blikken we terug op wat iemand al heeft gedaan. Tegen het einde volgt een verrassende theaterscène, waarna het lied van Dockx opnieuw klinkt, maar nu in het Nederlands. Het krijgt een heel andere lading. Dat geldt voor de gehele tekst: zinswending na zinswending krijgen we meer zicht op het zelfmoordmotief, dat doseert Van Overloop heel geleidelijk.

Maar waarom dit een audiotoer moet zijn door deze betrekkelijk anonieme wijk, is onduidelijk. Op geen enkele manier is er een band tussen stadse omgeving en de inhoud van het stuk. Of het moet zijn dat een wijk als deze niet bepaald tot vrolijkheid stemt, maar die stempel mag je niet op een woonwijk drukken. Ook leidt de klemmende vraag naar het waarom van deze audiotoer de deelnemer af: je zoekt naar overeenkomsten tussen tekst en buitenkant. Die kon ik echter niet vinden. Dat werkt uiteindelijk toch ten nadele van de opvoering.

Foto: Lex Vesseur en Jelmer Buitenga