Op het grote bioscoopscherm achter op het podium is Marc-Marie Huijbregts te zien, onbedaarlijk snikkend. Een van de eerste dagen van 2018 filmde hij zichzelf na een vervelend fietsongeluk, veroorzaakt door extreme sneeuwval. Deze hyperpersoonlijke opening geeft direct een duidelijk signaal: geen politieke actualiteit, maar huiskameractualiteit in dé oudejaarsconference van 2018. 

Op de achtergrond komen de seizoenen voorbij in een geprojecteerd barok behang, dat opbloeit, uitbloeit en weer bevriest. Op de voorgrond staat een even barokke tafel met kamelenbeeld, een kruk en Huijbregts zelf, in een driedelig knalrood pak. Ongedwongen, en van de hak op de tak komen alle smeuïge details van het afgelopen jaar voorbij, dat voor hemzelf slecht begint, maar goed eindigt.

Geen al te nadrukkelijke draai om de oren van Rutte over de dividendbelasting dus. Al komen zijdelings meerdere maatschappelijke ontwikkelingen wel zijn persoonlijke sfeer binnen. Wil hij wel of niet verblijven in het Trump Hotel als hij naar New York gaat? Bezorgt hij de knappe fysio aan huis een #metoo met zijn zwoele, suggestieve inrichting?

Ook komt Huijbregts terug op de nieuwsberichten uit ‘zijn krant’: de Telegraaf – want die heeft altijd alle details. Neem ‘Politie neemt Spermahond in dienst’ of ‘Schildpad gevonden in vagina’, dat voornamelijk komisch nieuws is, al voordat je weet wat het inhoudt. En natuurlijk de Noord-Zuidlijn, die dit jaar eindelijk in Amsterdam is gaan rijden.

De stijl van Huijbregts is ronduit aanstekelijk. Van elke vergissing of verspreking maakt hij zelfbewust en vakkundig een nieuwe anekdote, de gekste associaties komen op natuurlijke wijze voorbij. Zo maakt hij een rare flapperende beweging met zijn handen als hij computert. ‘Tja, ik heb thuis een soort Fisher Price-computer met hele grote knoppen.’ Zit hij even later weer op die manier te googelen, maakt hij ervan dat hij de computer mee heeft genomen op vakantie.

Het zaallicht blijft aan, en de bezoekers worden meegenomen in de opzetjes van Huijbregts, met doorzichtige bruggetjes als ‘Wat waren je goede voornemens, en heb je die gehaald?’. Soms levert dat toch een echte onvoorbereide ontmoeting op, dankzij zijn openhartige en eerlijke publiek. Die nauwkeurige aandacht voor het aanwezige publiek, zelfs al zijn er ook ‘kijkers thuis’, houdt de voorstelling oprecht en spontaan.

Het persoonlijke was het afgelopen jaar ook soms actueel. Zo komt Huijbregts terug op Youp van ’t Hek en zijn gebruik van het woord ‘pisnicht’. Een belediging, zei Paul de Leeuw, maar Van ’t Hek vindt dat geen reden om te stoppen. Vrij oneerlijk, denkt Huijbregts, want scheldwoorden die expliciet bedoeld zijn voor witte heteroseksuele mannen bestaan er niet. Of klinkt ‘Youp van ’t Hek’ ook niet een beetje als een scheldwoord? Hij past het meteen toe.

Zo weet Huijbregts het jaaroverzicht toch relevanter te maken dan alleen zijn persoonlijke belevingswereld. Begeleid door beelden van het jonge hertje Bambi dat zijn moeder verliest, zingt hij een allegorisch afscheidslied voor alle doden van het afgelopen jaar, keurig in lijn met de barokke omlijsting. Van het geluidsfragment ‘Yanny of Laurel’ maakt hij een belangrijke les voor alle toekomstige jaren: weet dat elk mens anders denkt, en accepteer dat. Wat Huijbregts betreft, zijn er dan in 2019 nog minder problemen.

Foto: Marc de Groot

31 december 2018 om 22.30 uur live vanuit Theaters Tilburg op NPO1.