Met het jubileumprogramma Ode aan de Meester door Het Nationale Ballet gaan we terug tot 1977, met het ballet 5 Tango’s. De meester is niemand anders dan choreograaf Hans van Manen, die dit jaar zijn vijfentachtigste verjaardag viert. Van recenter datum is Alltag, in 2014 geschreven voor het Ballett am Rhein. Nog jeugdiger is de herneming, of eigenlijk wereldpremière, door Het Nationale Ballet op 15 september van dit jaar, afgelopen vrijdag dus, van het fenomenale On The Move, dat in 1992 in première ging bij het Nederlands Dans Theater, Den Haag. Zo omspant het programma veertig jaar Hans van Manen. En wat meteen de grote verrassing en sensatie is, is dat de balletten zo ongekend helder, spannend, precies en als van nu zijn. Het jubileumprogramma mocht zich verheugen in hoog bezoek van koning Willem-Alexander en koningin Máxima.

Een terugblik op het werk van Hans van Manen is ook een terugblik door de bezoeker. Meteen bij opening van het doek voor On The Move gaat er een golf van herkenning door de zaal: ja, daar staan de dansers in een treffend strak en ogenschijnlijk sober decor van Keso Dekker. Aan weerskanten zwarte gordijnen die snelle opkomsten en afgangen mogelijk maken. Ze bieden een mooi perspectivisch beeld. De strakheid van de lijn van dansers aan weerskanten van het podium is geheel herkenbaar voor wie Van Manen volgt. Mijn eerste kennismaking was in 1973 met Adagio Hammerklavier met onder andere Alexandria Radius en Han Ebbelaar. Dit weergaloze ballet lijkt een referentiepunt te zijn, en zo heeft iedereen dat.

Van Manen noemde zijn balletten eens ‘meekijken met de muziek’, en dat is nog steeds het geval. In On The Move jaagt het Eerste Vioolconcert van Prokofjev, schitterend uitgevoerd door Liza Ferschtman, de explosieve en tegelijk strak en precies gehouden bewegingen van de dansers aan. Kijken en luisteren, luisteren en kijken vullen elkaar aan: de dans maakt diepere lagen van de muziek zichtbaar, dat wat je nooit eerder hoorde maar opeens ‘ziet’. Twee paar dansers en danseressen hechten zich aan elkaar en worden omsingeld en omringd, soms doorbroken in hun eenheid, door de andere dansers. Hun verbondenheid in de woelige entourage is groots en ook ontroerend. Deze wereldpremière van een eerder stuk laat zien dat telkens nieuwe generaties dansers het werk van Van Manen op prachtige wijze met zich meedragen.

Alleen voor deze avond is Alltag uit 2014 voor Ballett am Rhein te zien, met onder meer danser en artistiek leider Martin Schläpfer. Het is een voor Van Manens doen vertellende uitvoering, waarin Schläpfer op licht-humoristische wijze een liefdesverhaal schept met de ballerina’s. Indrukwekkend en vooral imposant is Symphonieën der Nederlanden uit 1987 van componist Louis Andriessen. Het grote tableau is in het helblauw gestoken en zindert in dynamische lijnen en adembenemend tempo op Andriessens marsachtige muziek. Alles gaat snel en energiek, en toch blijft de ritmische precisie prachtig behouden.

Intiem en verstild is Sarcasmen, ook op muziek van Prokovjev en begeleid door pianist Robert Greuter. De eerste uitvoering in 1981 werd gedanst door Rachel Beaujean en Clint Farha, nu dansen Igone de Jongh – Van Manens muze – en Marijn Rademaker. Aan Sarcasmen kan de toeschouwer het verhaal ontlenen van een man en een vrouw die verliefd zijn op elkaar maar dat niet wensen toe te geven. In licht-treiterig dansspel met patronen die verlegenheid uitdrukken, en ook erotiek en lef, cirkelen de man en vrouw om elkaar heen. Schitterend is de gespeelde onverschilligheid van De Jongh aan het begin als Rademaker zich uitslooft haar te verleiden, totdat zij ineens ontketent in volle amoureuze hartstocht en het initiatief neemt.

Zo is dit stuk opgebouwd als balans tussen man en vrouw. Er schuilt fraaie humor in, mede veroorzaakt door de pianist: als Rademaker in wanhoop zijn hand op de vleugel legt, staat Greuter verontwaardigd op. Dit is ballet dat grenst aan het theater, mede door de vertellende vorm die Van Manen eigenlijk nooit in zijn balletten wil zien, maar dat dus toch doet. Op sommige momenten van verstilde toenadering en klassiek-elegante beweging is het of Adagio Hammerklavier als op de achtergrond meeklinkt en meedanst.

Tot slot 5 Tango’s op muziek van de Argentijnse componist Astor Piazolla en begeleid door bandoneonist Carel Kraayenhof. In kostumering van zwart en rood, ontworpen door Jean-Paul Vroom, herscheppen de dansers de tango voor heden ten dage, als moderne dans. Keer op keer gaat het over de in het zwart gestoken mannen die cirkelen en dansen rondom de in rood-zwart geklede danseressen. Maar het gaat natuurlijk om de dans zelf, en de meeslepende muziek: alles is van ongekende precisie en ritmiek, snel en energiek, met verrassende bewegingen en houdingen van handen, knieën, hoofd en blikrichting.

Deze hommage aan Van Manen is groots en wervelend. Zijn vroegere werk is in staat te ontroeren en betoveren, en dat is niet alles: in maart 2018 gaat een nieuw ballet van hem in première, Dutch Doubles. Na het zien van deze jubileumvoorstelling met al die weergaloze duetten, roept ‘doubles’ uit de nieuwe titel grote verwachtingen op.

Foto: Hans Gerritsen