Een kille parkeergarage. Een oudere vrouw doolt door de betonnen leegte, ontdoet zich van haar schoenen, van het elastiek in haar haren. Dan rolt er een vrouw voorbij, liggend op een skateboard. Een volgende rent tussen de pilaren die het lage plafond op zijn plek houden, een haast onophoudelijke sleep die aan haar jurk vastzit markeert haar route. En in de verte klinkt een contrabas.

We begeven ons twee etages onder het plein waar Cultura Nova haar festivalhart houdt. In het kader van haar Master Theater Regie aan de Toneelacademie Maastricht, heeft theatermaker Janne de Bruin twee weken lang de zevenduizend bedompte vierkante meters van de Heerlense Q-park garage tot haar beschikking gekregen.

Die weken heeft ze duidelijk benut voor interessant ruimte-onderzoek. De bijzondere locatie – het lage plafond, het gebrek aan licht, de tientallen pilaren, de groen oplichtende bordjes – wordt consequent mooi ingezet, in deze sterk verstilde etude. Ook de specifieke akoestiek van de ruimte: de klanken van de contrabas dragen ver, weerkaatsen tegen muren en pilaren, alsof ze zich zigzaggend een weg naar buiten proberen te banen, zoals de figuren in de performance zich juist naar binnen lijken te willen manoeuvreren.

In deze korte voorstelling toont De Bruin haar sterk ontwikkelde poëtische beeldtaal. Maar haar associatieve stijl vraagt ook om heldere keuzes, een consequent doorgevoerde dramaturgie waarbinnen haar beelden kunnen floreren. Noodingang zou je kunnen zien als vingeroefening, als onderzoekspresentatie, een voorbode in het beste geval. Als autonoom product is het nog erg minimaal, De Bruin zou binnen haar associatieve esthetiek nog helderder kunnen communiceren. Maar vooralsnog is dat niet erg. Het is een boeiende, unheimische montage waar ze zeker op kan voortborduren.