Verbind maar eens een acrobatische paalact aan een lecture performance. Circuswonder Benjamin ‘Monki’ Kuitenbrouwer kan dat. Niks nieuws. Over mijn coming-out als optimist is een van de premières tijdens festival This Is Not A Circus van TENT, het Amsterdamse huis voor hedendaags circus. De voorstelling pleit voor een samenleving waarin optimisme de boventoon voert. Monki slingert, musiceert en tracht zijn idealen hoog te houden. Best moeilijk. In een wereld die naar de klote gaat.

‘Als we besluiten dat iets hopeloos of onmogelijk is, dan is dat ook zo’, zegt Monki in de voorstelling. ‘Hoop is nieuwsgierigheid, gespeld in grote letters, de bereidheid om in jezelf iets te voeden wat licht opwekt en licht laat schijnen op de donkerste plekken. Hoop is de meest gedurfde verbeeldingsdaad die ik ken.’

Zijn artiestennaam dateert uit de periode aan circusacademie Codarts in Rotterdam. Hier ontwikkelde Kuitenbrouwer een voorliefde voor acrobatisch heen en weer slingeren tussen metershoge palen. In zijn voorstelling 60% Banaan, afgelopen zomer op het Over het IJ Festival, ging hij aan de haal met macaber wereldnieuws, om zo een hoopvolle toekomst te presenteren. Tijdens This Is Not A Circus speelt hij in een tjokvol Theater Bellevue de tweede voorstelling in zijn drieluik over optimisme. Anouke de Groot regisseerde de voorstelling met Bas van Rijsoever als dramaturg.

OPTIMIST, schreeuwen de letters vanaf zijn T-shirt. Terwijl Monki vier palen met gele tape beplakt, voorziet hij het publiek van context, gebaseerd op een wetenschappelijk onderzoek naar tevredenheid. De hoogte van het afplakken staat voor de waarde die men aan het leven geeft uitgedrukt in percentages. De eerste paal staat voor 2% van de mensen, zij die het leven niet de moeite waard vinden; de tweede voor de 7% die het het beperkt de moeite waard acht; de derde voor 39% procent, zij zijn tevreden; de laatste voor de 52% die het leven zéér waardert. Monki glundert. Afgaand op de statistieken ziet het er voor de mensheid rooskleurig uit.

Links van het podium, in een soort mini-piste, produceert de performer een reeks geluiden door middel van een loop station, gitaar en microfoon. Hijgjes, pingeltjes en vingerknippen wisselen elkaar in rap tempo af. Als kind wilde Monki astronaut worden, vertelt hij. Astronauten worden bevangen door het gevoel van verbondenheid met alles wat leeft. Terug op aarde ervaren ze een nieuw gevoel van liefde. Toch werd Monki acrobaat.

Ondersteboven hangend, zijn voeten om een paal geklemd, roetsjt de circusartiest richting vloer, springt dan weer heen en weer tussen verschillende palen, om vervolgens omhoog te klimmen richting de nok van het theater. Daar, liggend als een plank tussen twee palen, vertelt hij dat dezelfde positie ‘daar beneden’ niet moeilijk is, maar ‘hierboven’ erg wetenschappelijk. Als acrobaat moet je vertrouwen hebben in jezelf en tegelijk realistisch zijn. Monki vertelt dat we meer kans hebben op een positieve uitkomst wanneer we die van tevoren verwachten. Uitgewezen werd dat leraren die hogere verwachtingen hebben van hun leerlingen beter presteren. Verplegers die optimistischer zijn over hun patiënten worden sneller beter.

Een aantal passages beklijft, vooral de optimisten-vlag, speciaal gecreëerd voor de show: in het midden zie je de wereld, ‘optimisten heb je overal’, daarbinnen zweeft de O van optimisme en op de achtergrond een zonsondergang, ‘want die vindt iedereen mooi’. Later in de voorstelling verschijnt een Ghostbusters aandoend apparaat. Stoom spuit over de toneelvloer en hult de bühne in een poëtisch, buitenaards tafereel. Dromerig en in slowmotion stapt Monki van paal naar paal. Het rookgordijn vormt een prachtig rustmoment binnen de hoge informatiedichtheid van de voorstelling.

Het sterkst is Monki wanneer hij flink tekeergaat, zijn beklag doet over alle conservatieve zeikerds, doemdenkers en zwartkijkers op deze aardkloot. Zij die beweren dat, wanneer je optimistisch bent, je gewoon te jong bent om het te begrijpen. Of mensen die hun leeftijd gebruiken om aan te geven dat zij alles beter weten, ook al nemen ze zelf bar weinig hoopvolle beslissingen. Opmerkelijk is dat je Monki zelden betrapt op fouten. Zelfs wanneer de voorstelling hapert – de techniek laat het kortstondig afweten, zijn loopstation blijft haken – pakt hij het publiek volledig in, krijgt applaus voor zijn geïmproviseerde handelwijze.

Monki sluit af met een liefdesbrief. Ondanks alles blijft hij positief. Hij wil samen verdwalen, elkaars hand vasthouden, nieuwe oplossingen vinden. En al lijken die vaak niet goed genoeg, ze zijn altijd beter. Met Niks nieuws. Over mijn coming-out als optimist brengt de artiest niet alleen een ijzersterke monoloog en spannende acrobatiek, ook pakt hij je volledig in, draagt je hart weg in een gouden emmer. En alle toeschouwers… die krijgen een optimisten-vlaggetje mee naar huis. Opbeurend voor de donkere dagen, of gewoon voor aan je fiets.

Foto: Wieba Photography

Credits

concept & spel Benjamin Kuitenbrouwer regie Anouke de Groot dramaturgie Bas van Rijnsoever lichtontwerp en techniek Hessel Hilgersom coaching muziek Niels Vermeulen producent TENT/ Monki coproducent Circuswerkplaats Dommelhof, Cirklabo partners Fonds Podiumkunsten, Amsterdams Fonds voor de Kunst, Latitude 50, L’Essieu du Batut, Werkplaats Diepenheim, CC Amstel, De Grote Post