Iedereen die (klein)kinderen over de vloer heeft, kent de fase waarin de woordenschat van de kleuter niet veel verder reikt dan ‘nee’, ‘niets’ en ‘nietes’. De kont-tegen-de-krib-houding van het tweetal in de voorstelling Nietes leidt tot een opeenvolging van gebeurtenissen, waarbij de grenzen van de fantasie op een zalige manier worden opgerekt.

Nietes begint tamelijk minimalistisch. Met een doffe knal dondert de voorkant van een grote kubus op de grond, waarna Kim Karssen en Hendrik Kegels als twee opstandige kleuters de longen uit hun lijf schreeuwen en zich beperken tot ‘nee, nee, nee!’ Nee tegen het publiek, nee tegen het applaus en vooral nee tegen het aan- en uitploefen van het licht waardoor de kubus een opgefokte discozaal lijkt.

Nadat ze uitgeraasd zijn komen de muren en de vloer van de hagelwitte kubus tot leven. Er verschijnen elektriciteitsdraden, sponsjes en slingers, rook dringt de ruimte binnen, en ze komen klem te zitten in een gat in de vloer. Al die beweging en verrassingen leiden deels tot vrolijkheid en feestvreugde, maar ze kunnen ook verrekte bedreigend zijn en dwingen de twee tot actie om zichzelf en elkaar te beschermen.

Van het aanvankelijke minimalisme is helemaal niets meer over als de vloer bezaaid ligt met een aan elkaar geklonterde reuzenspons die de mens dreigt op te slokken, dinosauriërs, die weer terug in een gigantisch ei worden geduwd en een sponzenslinger die de vrouw als een slang dreigt te vermorzelen als de Trojaanse priester Laokoön. Het lijkt alsof de evolutieleer van Darwin je op een onevenwichtige, speelse en  onwetenschappelijke manier door  de strot wordt geduwd door een dwaze, maar zeer vermakelijke docent.

De PR-afdeling van Artemis omschrijft Nietes als ‘een apocalyptische beeldenstorm over controle, woede, loslaten en niet kunnen omgaan met verandering.’ Het kan niet beter worden getypeerd. Alles zit erin wat kinderen en volwassenen blij en ook enigszins angstig maakt. Twee fijne theatersentimenten.

Op de voorstelling staat het 4+ stempel gedrukt, maar theatermaker Hendrik Kegels wil het liefst de scheidslijnen tussen jeugd- en volwassentheater doorbreken. En dat lukt uitstekend in Nietes. Terwijl makers van veel jeugdvoorstellingen door middel van terloopse tussenzinnetjes en dubbelzinnigheden de begeleidende (groot)ouders bij de les willen houden, is het verhaal en de slapstickachtige uitvoering van Nietes geschikt voor alle leeftijdsgroepen met een open geest. Baanbrekend. Het lachen van de kinderen in de zaal en de volwassenen houdt elkaar in evenwicht.

In veel circusvoorstellingen is de clown tegenwoordig de zwakste schakel tussen het spektakel in de piste. Stukken uit Nietes zouden een vol Carré bij het Wereldkerstcircus in opperste verrukking kunnen krijgen.

Foto: Illias Teirlink