Er is een coronacrisis met RIVM-Rutte-beperkingen voor nodig geweest, maar anders zou Micha Wertheim wel een andere aanleiding hebben aangegrepen of gezocht om met een tegendraads vervolg te komen op zijn voorstelling Ergens anders uit 2016. Het publiek zat toen vol verwachting in de zaal en Wertheim bleef die avond thuis en liet een robot zijn werk doen. Met Niemand anders zijn de rollen omgedraaid.

Micha Wertheim bevindt zich in een lege theaterzaal met drie laptops om zich heen, terwijl het publiek thuis achter de computer met webcam zit. Wertheim ziet op een van zijn laptops het publiek, maar van het beloofde interactieve karakter van de voorstelling is vrijwel niets te merken. Geen probleem, het is wel zo geruststellend, want in discussie gaan met Micha Wertheim is bijna net zo lastig als het oplossen van de coronapandemie.

In tegenstelling tot de meeste acteurs, muzikanten en cabaretiers die ons online in coronatijd nog een beetje een theatergevoel wilden geven, zit Wertheim met de rug naar de zaal. Waarom zou hij ook de andere kant op kijken, er is toch niemand. Maar is er wel iemand achter de schermen? Onder in beeld van de thuiszitter loopt een portretband mee van de circa 350 mensen die een kaartje hebben gekocht voor de première van Niemand anders vanuit het Oude Luxor in Rotterdam. We zien iemand die uit een kartonnen doosje wat Aziatisch eten zit weg te chopsticken, een moeder en dochter die gezellig met elkaar kletsen en wijn drinken, iemand loopt even weg, misschien naar de wc of snel kijken hoe het met Ajax-PSV staat, een familie hangt knus op de bank. Kortom, er lijkt bijna niemand met de echte theaterconcentratie achter het bureau of in de luie stoel te zitten.

En de cabaretier, is hij wel iemand? Of is hij, zoals hij zelf suggereert, een oplichter, net als de dj die hij in een leeg café in Deventer zag. De man sloofde zich online uit om het publiek in de huiskamer de illusie te geven in een zwetende, kolkende dansmassa te staan. En is een grap wel een grap als er niemand is die er hoorbaar voor anderen om moet lachen?

Het begrip ‘niemand’ is fijn goochel-materiaal voor de literair-filosofische mens. De negentiende eeuwse dichter-theoloog P.S. de Génestet kwam met het cryptische ‘Wees uzelf zei ik tot iemand, maar hij kon niet, hij was niemand’ en de kern van de oudejaarsconférence De Openbaring van Freek de Jonge uit 1982 was een gedicht met de slotzinnen: ‘Iedereen heeft haast/iedereen is ongeduldig. Niemand heeft tijd/niemand is volmaakt. Wees niemand.’

Ook Micha Wertheim, die door het thuiszitten ‘knettergek’ is geworden en hard fietsend de depressie voor probeert te blijven, zit aan het thema ‘niemand’ vast met een lege zaal achter zijn rug. De diepere en ongrijpbare betekenis van ‘niemand’ komt het mooist en zalig absurd naar voren in het meest Wertheimse verhaal van de avond, dat begint met zes weken spelen in een leeg Carré via het Stedelijk Museum waar kunst wordt vertoond die niemand wil zien, naar de ultieme vorm van destructie, om ervoor te zorgen dat niemand de kans krijgt om te genieten en zijn lege brein te vullen. Dan is Wertheim, die zijn hersens gestructureerd op hol laat slaan, op zijn allerbest. We zullen verder voldoen aan het na de voorstelling verstuurde bericht van de cabaretier om alsjeblieft bepaalde verrassingen niet te delen met mensen die de voorstelling nog niet zagen.

Wertheim hoopte door de lockdown een creatieve boost te krijgen in zijn werkkamer, maar hij zegt dat hij niet veel verder is gekomen dan de was vouwen, bonnetjes ordenen en wat lusteloos internet surfen. Dat is niet helemaal waar. Het heeft hem ook tot een, weliswaar wat loom meanderend, maar toch buitengewoon intrigerend programma gebracht, met een angstaanjagend dystopisch slot.

Foto: Gijsbert van der Wal