Ook al lijdt Peter Heerschop niet aan een terminale ziekte (nou ja, iedereen die op aarde rondloopt, lijdt in feite aan een terminale ziekte), hij blijkt toch de behoefte te hebben om bij zichzelf te biecht te gaan en schoon schip te maken. Je weet tenslotte niet wat je morgen te wachten staat. Of zoals Woody Allen eens zei: ‘Ik geloof niet in de hemel, maar ik trek toch elke ochtend maar een schone onderbroek aan.’

We treffen Heerschop aan in de slaapkamer van zijn jeugd, met posters aan de muur van zijn helden, zoals president Kennedy, Gandhi, Ard Schenk, The Beatles, Johan Cruyff en Mandela. Hij springt op zijn bed en houdt nog eens de spreekbeurt die hij als jochie van de lagere school hield over Kennedy. De lof die hij over de vermoorde president uitstrooit wordt door de feministische juf niet gedeeld, want die ziet vooral een man die van vreemd gaan zijn grootste hobby heeft gemaakt. Petertje krijgt een vette onvoldoende. Zoals hij later ook nog eens door een docent zal worden afgemaakt.

De jonge scholier heeft het onderwerp niet gekozen omdat hij zo politiek bewust is, maar omdat in het ouderlijk huis in ‘de sloppenwijk van Bussum’ slechts één boek in de kast stond: een eerbiedige, fraai geïllustreerde biografie van Kennedy. En dat past heel mooi bij de houding van Heerschop. Hij maakt optimaal gebruik van de mogelijkheden die het leven hem heeft geboden. Alle toevalligheden worden in zijn voordeel benut. Daarom kun je heel vriendelijk zeggen dat hij zijn door God gegeven talenten adequaat heeft ingezet, maar er kleeft ook iets meeloperigs aan die houding. Zo ging hij moeiteloos met zijn klasgenoten mee in het pesten van een autistische medeleerling. Maar ook de kwalificatie ‘meeloper’ hoeft niet altijd negatief te worden geïnterpreteerd, want Heerschop noemt zichzelf een ‘integere kameleon’. Heel slim trekt hij het publiek hetzelfde jasje aan als hij zinnen over vakantie voorleest die door het publiek en masse identiek worden afgemaakt. Dus…, zijn wij niet allen uniforme meelopers?

Ook al komt dat onderdeel vooral lollig over, misschien is dat wel het meest betekenisvolle stuk van de avond. Dan komt Heerschop nog het dichtst in de buurt van de programma’s die hij met zijn makkers van Niet Uit Het Raam heeft gemaakt, waarin zelfspot wordt gemengd met harde opmerkingen over onze medeburgers. Meer NUHR krijgen we van Heerschop deze avond niet voorgeschoteld in dit ultra-lichte programma.

Heerschop heeft dan al zijn sportieve outfit met Superman T-shirt verruild voor een stemmig zwart kostuum, want hij moet zich als zelfbenoemd Minister van Enthousiasme (geloof)waardig presenteren. Hij gunt als minister iedereen in dit leven een mooie speech, of je nou twaalfeneenhalf jaar dakloos bent, of je hele leven als stratenmaker klinkers in de grond hebt getikt, of twintig jaar in een speciale afdeling van de zorg hebt gewerkt als prostitué. Het is een schande dat er wel een Herengracht is en geen Hoerengracht.

En zo babbelt Heerschop gezellig door. Hij betoont spijt van zijn fouten in het verleden, hij hekelt het gebrek aan vertrouwen in de samenleving en vindt dat we wel wat liever voor elkaar mogen zijn. In zijn ministeriële speech aan het slot van de avond is Heerschop vooral het zoete verlengstuk van de Sire campagne #DOESLIEF. Je kunt het aan Heerschop wel overlaten om een avondje onderhoudend te vullen, want lekker lullen kan hij als de beste (ook al is zijn Griekse vakantieverhaal oersaai). Maar het zorgt dit keer wel voor een gezapig geriatrisch sfeertje. Als je even in de buitenlucht bent, is de inhoud alweer verwaaid.

Foto: Jantje Geldof