Er zijn van die voorstellingen die door omstandigheden niet goed uit de verf komen. Zo werd de première van de kleutervoorstelling Meneer Pannenkoek door Lonneke van Leth Dans overspoeld door publiek. In de propvolle zaal in Korzo Den Haag zaten tientallen (zestig?) enthousiaste kinderen rondom het speelvlak. Veel meer dan oorspronkelijk gepland, waardoor het voor veel kinderen te lastig bleek om de met een stippellijn (misschien ook niet de beste keuze) aangegeven afstand te bewaren en rustig te blijven kijken.

Maar ook door die onrust heen, was te zien dat Meneer Pannenkoek niet een erg geslaagde voorstelling is. Het gegeven is aardig: dansen met geometrische en organische figuren (geprojecteerd op de dansvloer), waardoor jonge kinderen de figuren leren kennen. Danser Riccardo Sbrighi is een getalenteerde en innemende persoonlijkheid die het publiek graag wil betrekken bij zijn onderzoek naar de geprojecteerde vormen. Maar hij doet het veel te letterlijk, stelt voor de hand liggende vragen en laat weinig over aan de verbeelding.

In Meneer Pannenkoek lijkt het alsof alle artisticiteit ondergesneeuwd is geraakt ten behoeve van de inhoud. De projecties op de vloer (de inrichting van een flat), gemaakt door Vincent de Kooker, zijn weinig verbeeldingrijk en deels lastig te begrijpen vanuit het lage perspectief van de kinderen. Verwijzingen naar schilderijen van Kandinsky, Miró en Mondriaan zijn erg hap-snap en verdwijnen al snel in oninteressante bewegende figuren.

Niet verwonderlijk dat de kinderen druk en uitdagend worden. Wellicht is dit op te lossen door minder tekst en meer beweging van de plezierige danser Sbrighi. Ook zou Van Leth nog eens over de aangegeven leeftijdsgrens na kunnen denken: de door mij meegenomen zesjarigen vonden de voorstelling niet boeiend genoeg.

Foto: Vincent de Kooker