Het is altijd bangelijk afwachten wanneer een theatermaker een korte performance gaat verlengen tot een ‘echte’ voorstelling. Drie jaar geleden verrasten en charmeerden mij de klankinstallatie en de performance van Etienne Borgers als poetsman bijzonder. Als toeschouwer zat je op de grond of op een kussen en keek en luisterde je een dikke twintig minuten geboeid. Nu zit jong en oud op een tribune, en is Meneer Mølsk bijna twee keer zo lang in de weer met zijn luidsprekers en geluiden. Gelukkig, het blijft grappig en boeiend.

Op het podium staan speakers en boosters op sokkels van groot naar klein gerangschikt. Het is stil. Via een voice-over vernemen we dat Het Museum van Geluiden wat langer zal open blijven. Van heel ver komt de wind steeds dichterbij. Een heuse storm is even te horen, dan gaat het geruis over in een kalm geklots van de zee.

Etienne Borgers verschijnt als schoonmaker. Koptelefoon op zijn hoofd, hard-rockbeats klinken luid, de man schreeuwt de refreinklanken hardop mee. Hij stoft de luidsprekers af, vangt de signalen daaruit op, zet zijn koptelefoon af. Machinegeronk, een koe, een kwade hond, een huilende baby. Ach. Hij probeert de luidspreker stil te krijgen. Dat lukt niet. Hij geeft de luidspreker aan een kind, en kijk: dat wiegt de speaker, en het gehuil stopt. Etienne Borgers kan door zijn spel en uitstraling de fantasie zo prikkelen dat je een luidspreker met babygeluid als een ‘echte’ baby ziet. Mooi toch.

Daarna volgen er nog allerlei akoestische grapjes met echo’s, gedonder, gehinnik, gemekker,…. Een auto kent pruttelende startproblemen, wat later racet hij door alle boxen weg van ons. Het metalen gekraak van een frontale botsing in de coulissen schrikt het jonge publiek op. In deze theaterversie van Meneer Mølsk klinken er meer geluiden, zijn de taferelen wat uitgebreider, krijgen de boxen een secuurdere beurt met een penseeltje.

Vorig jaar maakte Etienne Borgers Hallo walvis. Hij toverde iele walvisklanken uit buizen, rockte op zijn gitaar zijn machteloosheid van zich af. Alles draaide rond de dood van zijn broer. Hoe ga je daarmee om? Zonder vals sentiment wist hij de gevoelens van verdriet en boosheid te verklanken en te verbeelden.

Meneer Mølsk is in vergelijking heel licht. Hier gaat het puur om het sonisch spel, om het plezier dat het samenbrengen van klanken kan oproepen. Dierengeluiden klinken uit alle hoeken van het zaaltje, ze verrassen, golven over de toeschouwers heen en vormen een heus concert. De stoere poetsman glundert over zoveel zachte muzikale rijkdom. Aandoenlijk zingt hij een wiegenliedje, in het Noors, maar voor iedereen is dat helder en klinkt het even suggestief als de losse geluiden uit de speakers.

Foto: Ingeborg Refsnes