Mamma Mia! Here We Go Again heette het vervolg op de eerste Mamma Mia!-film die twee maanden geleden uitkwam. Die titel hebben ze bij Stage Entertainment letterlijk genomen, want voor de derde keer in vijftien jaar is de musical Mamma Mia! in Nederland neergestreken. Het is een weinig geïnspireerde keuze, maar de voorstelling zelf is er niet minder om geworden.

Mamma Mia! is zo’n musical die er overal in de wereld hetzelfde uitziet. Deze productie is dus vrijwel hetzelfde als die uit 2009, die weer vrijwel hetzelfde was als die uit 2003. Wat is dan de urgentie van de voorstelling, behalve een commercieel oogmerk? Die zit in de thematiek van vriendschap en moeder-dochterrelaties en de personages: sterke vrouwen van boven de veertig, een groep die in musicals maar zelden in het middelpunt van de belangstelling staat.

Donna (Antje Monteiro) woont op een Grieks eiland met haar dochter Sophie (Jolijn Henneman), die gaat trouwen met Sky (Soy Kroon). Sophie heeft in het dagboek van haar moeder drie potentiële kandidaten ontdekt die haar vader kunnen zijn – Sam (Dieter Troubleyn), Harrie (Zjon Smaal) en Bart (Emiel de Jong) – en nodigt hen uit voor haar bruiloft. Dat leidt onvermijdelijk tot confrontatie, met haar en ook met Donna, die jaren geleden een gebroken hart aan Sam overhield. Ook aanwezig voor de bruiloft zijn Donna’s vriendinnen Tanja (Sophia Weezer) en Roos (Hilke Bierman), met wie Donna in een ver verleden een zanggroep vormde – en wat een goeie aanleiding vormt voor het opvoeren van ABBA-hits als ‘Super Trouper’ in glanzende lycra pakjes.

De liedjes van ABBA zijn vertaald in het Nederlands door Coot van Doesburgh. De hits die iedereen kent nodigen uit tot meezingen, maar de Nederlandse liedteksten zijn onbekend waardoor er sprake is van enige barrière. Tegelijkertijd is de vertaling noodzakelijk om het verhaal – nieuw, niet biografisch, zoals bij veel jukeboxmusicals – waarin de liedjes met veel succes zijn verwerkt, goed begrijpelijk te maken. Slechts een enkel nummer voelt wat geforceerd, verder is Mamma Mia! het schoolvoorbeeld van een geslaagde jukeboxmusical, zoals Doe Maar! dat ook was.

Het enige wat enigszins afdoet aan de kwaliteit van de voorstelling is dat niet al het acteerwerk even goed uit de verf komt. Soms klinkt het net iets te opgezegd. Daartegenover staan opzwepende dans vol energie en komische scènes met Sophia Wezer en vooral Hilke Bierman en Emiel de Jong, die van de drie vaders het meest geslaagd is. Waar de tweede akte van Mamma Mia! af en toe inzakt, gaat de eerste akte als een trein, met veel hits, energieke dans en humor.

Er wordt dan ook gewerkt met een leuk verhaal en mooie thema’s. Mamma Mia! gaat meer over vriendschap en de moeder-dochterrelatie dan over romantiek. De vrouwen zijn, zoals men zo graag in cosmeticareclames zegt, ‘echte vrouwen’ – boven de veertig, niet te gemaakt en opgepoetst, maar gewoon in tuinbroek, klussend aan hun huis en zingend in een haarborstel voor de spiegel. Hier dansen de halfnaakte mannen om de vrouwen heen in plaats van andersom, wat niet alleen verfrissend is maar ook leidt tot amusante scènes rondom nummers als ‘Spaar al je liefs voor mij’ en ‘Weet je moeder dat’.

Het zal zeker geholpen hebben dat Mamma Mia! door een vrouwelijk creatief team werd gemaakt, bestaande uit producer Judy Craymer, scriptschrijver Catherine Johnson en regisseur Phyllida Lloyd, die allen in de veertig waren toen ze deze musical schreven. Zoals Craymer zelf stelt in de souvenirbrochure: ‘Het was vrij uniek, misschien zelfs voor het eerst, dat drie vrouwen de creatieve kracht waren achter iets wat zo een commercieel succes werd’. Wat dat betreft vormt Mamma Mia! ook vandaag een uitzondering in het Nederlandse musicallandschap en alleen daarom al verdient het een publiek.

Foto: Brinkhoff/Mögenburg