In het schattige West-End theatertje op West nodigt performer, schrijver en muzikant Jamila Faber zesplussers uit voor een sprookje met een hoek af. Lola en de Grijze Massa is pretentieloos, misschien zelfs een tikkeltje té pretentieloos: er mocht best wel wat meer vlees aan het bot. Zelfs, of neen, zéker voor dit publiek.

Faber is in 2017-2018 stadskunstenaar in Leeuwarden, Culturele Hoofdstad van Europa, en kan in die hoedanigheid natuurlijk niet ontbreken op Oerol, het Friese hoogtepunt van het theaterseizoen. De projecten die ze ontwikkelt binnen haar kunstenaarschap hebben een poëtische en muzikale grondslag.

Het basismateriaal voor Lola en de Grijze Massa is een kinderboek voor vierplussers. De vertaalslag naar het theater maakt Faber old skool: ze gebruikt een projector en minutieus uitgeknipte figuren om haar verhaal te vertellen, zittend op het voorplan van deze mini-bühne. Terwijl Faber speelt met schaduw en perspectief, vertelt de voice-over van Rocco Hueting het verhaal. De ondersteunende soundscore is van Dennis van Tilburg.

Lola en de Grijze Massa is een geijkt heldenverhaal over het brutale meisje Lola dat als enige het oprukkende grijs en de toevloed van ratten in haar stad durft tegemoet te treden, samen met de schele en niet erg snuggere leeuw Nelis. Is de analoge vertelmanier een moedige keuze voor een wellicht in toenemende mate schermverslaafd publiekje, dan is het wat stroeve vertelrijm misschien een brug te ver, vooral omdat de verzen het ritme van de vertelling vaker stremmen dan smooth laten lopen. Een groter gebrek van deze voorstelling is echter het feit dat de karaktertekening en uitdieping van de thematiek in Lola even ondiep zijn als de kunstig uitgeknipte figuurtjes.

Aan de bron van het verdwijnen van kleur uit de stad ligt het boze verdriet van een zekere Vladi de Verschrikkelijke, eens een klein jongetje dat – en hier komt de haak – ooit dol was op glitterjurken, maar werd uitgelachen en besloot dat alle kleur uit de wereld moest verdwijnen. Wanneer Lola en Nelis dat begrijpen besluiten ze Vladi zijn jurk terug te brengen. Het gebaar van empathie wordt misbegrepen en Vladi elimineert Lola en Nelis. Wanneer alles uiteindelijk toch nog goed komt in de apotheose van een groot feest sluit een traditionele kus dit hedendaagse sprookje af, alleen is het er in dit geval eentje tussen Vladi en een knappe timmerman.

Het is natuurlijk een bijdetijdse invulling van een klassiek gegeven, maar dat maakt de uitwerking ervan niet minder eenlagig: Lola is een heldin zonder reliëf, Nelis is een vlakke second man en vooral in het geval Vladi, de drag queen waarom het allemaal draait, kan je je vragen stellen over de karaktertekening. Het hele veranderingsproces wordt bij hem gelegd: hij komt tot inkeer, hij beseft dat hij een vergissing heeft begaan, hij verandert – aan de samenleving moet klaarblijkelijk niets worden gewijzigd. Is dat geen vreemde boodschap?

Een productie voor zesplus is uiteraard geen psychologische of maatschappelijke doctoraatsstudie, maar in een voorstelling die er juist op gericht is stereotiepen te doorbreken had Faber de uitdieping van de personages toch een tikkeltje beter kunnen doordenken. Toch? Nu strandt Lola en de Grijze Massa als een vormelijk verzorgde maar inhoudelijk te oppervlakkige kindervoorstelling vol goede bedoelingen. Om de kijkkaders open te breken bij een publiek, jong of oud, is echt sterker materiaal nodig.