Een voor een rijden de stoere mannen van danscollectief 155 de verhoging op om iets over zichzelf te grommen in motorgeluiden. Op het scherm achter hen verschijnen vertalingen als ‘Ik ben bang om oud te worden’ of ‘Ik ben bang voor contact’. Dit contrast tussen stoer en breekbaar, tussen komische uitvergroting en de naakte waarheid keert voortdurend terug in Motors, waarin alle mogelijke dansvormen versmelten met motoren. (meer…)
Een half uur lang stuiteren vijf jongens van breakdanceformatie 155 en Anne-Fay Kops, zangeres van de band Cookachoo, door de tent op een niet-aflatende beat. De outfits variëren van gifgroen-blauwe onesies, coltruien, rode lakjasjes en hiphopoutfits; het licht benadert dat van danceclubs en de muziek is een mix van elektrodrum, digitale effecten, eigen songs en bekende nummers.
Breakdancegroep 155 timmert al enkele jaren aan de weg onder de vleugels van het Utrechtse huis voor jonge makers DOX. Voor deze gelegenheid gingen ze de samenwerking aan met de in Afrobeats gespecialiseerde elektronicapopband Cookachoo.
Het moet uiteindelijk een voorstelling (‘breakdanceconcert’) van een uur worden, maar op De Parade laten ze alvast een kortere versie zien. Het publiek moet mee en doet mee; in enkele minuten verandert het gemêleerde gezelschap van basisschoolmeisjes met ouders, een enkele kwieke zestiger en het meer gebruikelijke clubpubliek in een enthousiast meedeinend feestje.
De voorstelling zou moeten gaan over de vraag wat jongeren bezielt om vrijwillig donkere ruimtes op te zoeken met te harde muziek om daar contact te proberen te maken. Een antwoord daarop proberen de dansers tegen het einde van de voorstelling te formuleren, wanneer wat tekstflarden over jezelf zijn en zelfverlies door de ruimte klinken. Die dooddoeners hadden misschien beter achterwege kunnen blijven, want het beste antwoord zit in de dans zelf, en in het publiek dat erdoor aangestoken wordt.
Foto: Neeltje de Vries