Faas heet hij. Hij ziet er op het eerste gezicht gewoon uit, als ieder ander kind van een jaar of zeven. Maar hij praat niet. Is niet sociaal. Soms zelfs gevaarlijk, voor zichzelf en voor zijn omgeving. Actrice Marike van Weelden baseerde deze voorstelling op haar eigen dagboeken – ze is zelf moeder van een kind met emb, een ernstig meervoudige beperking. Samen met theatermaker Pieter Tiddens maakte ze van haar ervaringen een persoonlijke, documentaire jeugdvoorstelling.

Lastige ouders, de titel is enigszins misleidend, want lastig zijn de ouders geenszins. Het kind zelf overigens ook niet. Wat wel lastig blijkt is het eeuwigdurende circus van niet-luisterende mensen en de onbegripvolle omgeving, waar je als ouders met een kind met emb in belandt. Artsen die zich niet inlezen, zorgverleners die hardhandig worden, stagiaires die geen benul hebben en onbekenden op straat die je veroordelen.

In deze voorstelling staat de soms barre zoektocht van de ouders met een verstandelijk gehandicapt kind centraal. Marike van Weelden en Peter Tiddens nemen het publiek in chronologische volgorde mee in de beslommeringen vanaf de geboorte van Faas, tot aan het moment dat hij jaren later uit huis wordt geplaatst. Ze wisselen daarbij voortdurend van perspectief: niet alleen spelen ze de ouders van Faas, ze spelen ook de hulpverleners, de omgeving, Faas zelf.

Lastige ouders schetst een intrigerend beeld van een liefdevol gezin dat wordt geteisterd door de tegenwerking van de omgeving – vaak meer nog dan de beperkingen van Faas zelf. Daarin zien we soms hoe de spanningen die de zorg met zich meedraagt hun tol eisen bij de ouders. Daarin durven ze ook pijnlijk eerlijk te zijn. ‘Was het niet veel beter geweest – voor iedereen, voor Faas – als ‘ie het niet had overleefd als baby?’ verzuchten ze op een gegeven moment. Een gedachte die weliswaar meteen weer verworpen wordt, maar ook logisch is.

Tevergeefs zoekend naar de juiste hulp trekt er een parade aan mensen met goedbedoelde adviezen, arrogante artsen en bevooroordeelde mensen voorbij. Van Weelden en Tiddens maken de spagaat waarin de ouders verkeren – ze zijn afhankelijk van mensen die ze soms verafschuwen – mooi invoelbaar. Esther Scheldwacht zorgde voor een heldere regie. Door de heldere perspectiefwisselingen is er precies genoeg dynamiek in deze documentaire theatervoorstelling.

Op het podium plaatste decorontwerper Ellen Klever een klimrek, met een grote witte ballon daaraan vastgebonden. De twee volwassen mensen op en rondom dat klimrek levert een mooi beeld op van ouders die zich voortdurend in bochten en hoeken wringen, daar waar je eigenlijk een kind onbezonnen zou willen zien spelen. Op het einde komen ze dan eindelijk tot rust – als Faas uit huis is geplaatst. Samen zitten ze boven op het klimrek. Op de ballon worden beelden van hun zoon geprojecteerd. Ze kijken ernaar als naar de maan in een heldere nacht: dichtbij en onbereikbaar tegelijkertijd. Een prachtig ontroerend eindbeeld, dat op de valreep ook poëtische beeldtaal toelaat in deze ter zake doende jeugdvoorstelling.

Foto: Joke Schot