Jarig, het nieuwste programma van Introdans voor de Jeugd, stond gisteren in het teken van feest en overwinning. Zoals de titel al doet vermoeden vierde het jeugddansgezelschap een jubileum, zijn vijfentwintigste. Nog bijzonderder was de emotionele speech die artistiek directeur Roel Voorintholt hield. Gisteren precies een jaar geleden werd Voorintholt getroffen door een hersenbloeding. Zijn doelstelling bij het revalidatiecentrum? Het publiek toe te spreken op deze feestelijke dag.

Introdans voor de Jeugd is dan ook zijn kindje. In 1989 kreeg Voorintholt – toen nog danser bij het ‘volwassen’ Introdans – de opdracht een zelfstandige jeugdafdeling op te zetten. Wat begon met voorstellingen als Poesie mauw, Pippi en Winnie de Poeh is in die kwart eeuw uitgegroeid tot een dansgezelschap waar je ‘u’ tegen zegt, of, in de woorden van Voorintholt zelf, een gezelschap met ‘volwassen dans voor de jeugd’.

Het enorme fotoboek dat ter ere van het jubileum werd uitgegeven toont inderdaad de schatkist aan dansstukken die Introdans voor de Jeugd tot zijn repertoire mag rekenen: werken van Hans van Manen, Nils Christe, Nacho Duato en Mats Ek, de geometrische kunststukjes van Alwin Nikolaïs, de magische digitale wereld van Blue journey van David Middendorp tot de zandstraling in Susto van Paul Lightfoot en Sol León.

Met zoveel rijkdom is het wel een beetje vreemd dat voor dit feestje alleen werk van één choreograaf gekozen is, al is hij zeker niet de minste. Van choreograaf Jiří Kylián stonden al negen stukken op het repertoire. Gisteravond kwamen er nog een Introdanspremière en de integrale versie van Kinderspelen bij.

De première was Trompe l’oeil uit 1996. Origineel gemaakt voor NDT3 – vijftien jaar lang het dansgezelschap voor dansers boven de veertig – maar de voorstelling laat zich ook prima vertalen naar een jeugdig publiek. Het is een serie korte vignetjes, met veel absurde humor en heel veel draperieën. Als roestige ballerina’s op muziekdoosjes worden de vier dansers (Alexis Geddes, Vivian Sauerbreij, Mathieu di Scala, Jurriën Schobben) aan het begin aangezet. Di Scala zingt de Marseillaise, de twee vrouwen dansen een originele flamenco waarbij hun pofbroeken steeds van de heupen zakken. Di Scala en Sauerbreij dansen een pas de trois met een ouderwetse mobiele telefoon en Sauerbreij niest Het Zwanenmeer. Het is een lichte en luchtige kant die we niet heel vaak van Kylián zien.

De gekkigheid wordt nog een tandje hoger gezet in het hilarisch korte filmpje Birth-Day (2001), waarin oud-NDT-getrouwen Sabine Kupferberg en Gérard Lemaître als Laurel en Hardy – allebei met snor en hoepeljurk – aan het kokkerellen slaan. So far so good.

Un Ballo (1991) is een dansstukje bij echt kaarslicht – de kaarsen worden in het bijzijn van het publiek aangestoken. (Laten we hopen dat alle gordijnen uit Trompe l’oeil inmiddels veilig zijn opgeborgen). Een choreografie voor zeven koppels met drie bijzondere duetten – vooral Alexis Geddes en Aymeric Aude gooien hoge ogen, onconventioneel maar elegant. Het zijn prachtige plaatjes, maar het lounge-tempo ligt voor het jongere publiek (de voorstelling is voor 6+) wellicht nog wat te laag.

Aan actie geen gebrek in Kinderspelen (1978), in 2000 gedeeltelijk bij Introdans opgevoerd. Maar laat je door de titel en de schoolpleingeluiden niet verleiden. Net als in het gelijknamige schilderij van Pieter Brueghel de Oude is alles niet zo onschuldig als het lijkt. Zo lijken de rumoerige dansers in de houten box aan het begin op joelende kinderen, ware het niet dat ze lege wijnflessen en –glazen in hun handen houden. En hoe onschuldig de witte pyjamaatjes ook mogen ogen, de sfeer wordt naarmate de voorstelling vordert steeds naargeestiger. Een man wordt neergeknuppeld en op een baar rondgedragen, er klinkt onheilspellend gezang en gemompel op de soundtrack, het toneel baadt in weeïg groen licht. Er wordt gevochten en geworsteld, met zwepen geslagen en met handen gewurgd. De zes echte kinderen (afkomstig van dansschool en dansvooropleiding) worden door de volwassen dansers in het nauw gedreven. Het is vragen om nachtmerries voor het jongere publiek – en misschien zelfs een enkele volwassene. Kinderspelen lijkt te gaan over het verlies van onze onschuld. Maar is dat echt iets waar je je zesjarige nu al aan bloot wil stellen?

Daar zit je dan met je jubileum, met één oude film en drie oude stukken – allemaal van dezelfde maker – waarvan eentje wel en eentje duidelijk niet bij de doelgroep past.

Jongens, waar is het echte feestje?

Foto Kinderspelen: Hans Gerritsen