Jarenlang waren de succesvolle Rossini-producties van Dario Fo maatgevend bij De Nederlandse Opera. De jonge regisseur David Hermann had met zijn Il turco in Italia dus wel iets te verdedigen en het was ook nog eens zijn regie-debuut bij DNO! Een droomdebuut, want met Il turco in Italia levert DNO een waardig opvolger van Fo. Het is zowel muzikaal als theatraal een topproductie, een voorstelling die het waard is om gezien en gehoord te worden.

In Il turco… draait alles om een jonge Turk die een zigeunerin het hoofd op hol brengt wat leidt tot ruzies met echtgenoot en minnaar en natuurlijk het onvermijdelijke happy end. Het is een nogal clichématig libretto waar menig regisseur zijn tanden op heeft stukgebeten. Hermann had een sublieme vondst: bij hem zijn de minnaar, de echtgenoot en de dichter één en dezelfde persoon. Alle drie verschijnen ze ten tonele in hetzelfde lullige regenjasje.

In de oorspronkelijke versie laat de dichter zich door alle verwikkelingen inspireren tot een nieuw werk. In Hermanns versie kijkt de dichter terug op zijn leven en de keuzes die hij heeft gemaakt. Een sublieme vondst, waarmee hij de lichtvoetige enscenering een enorme psychologische diepte geeft. De klucht lijkt soms wel een nachtmerrie. Naarmate de voorstelling vordert neemt het surrealistische gehalte namelijk toe. Niet in de laatste plaats dankzij het inventieve gebruik van videoprojecties.

Muzikaal is deze Rossini minstens zo interessant. Het Nederlands Philharmonisch Orkest speelt zelfs met een vleugje Rossiniaans raffinement onder de Italiaan Carlo Rizzi en op het podium staat een handvol ‘gouden strotten’ met Olga Peretyatko (Fiorilla) als bewonderenswaardige Prima Donna.