Je moet elke dag een reden hebben om wakker te worden. Zo kun je ongeveer het Japanse begrip ‘ikigai’ uitleggen. Je moet het zout van het leven willen proeven. Geen dingen doen die op voorhand onbereikbaar zijn, want dat frustreert natuurlijk. Ikigai is een cocktail van je missie, je passie en je roeping. En Ikigai is de titel van het nieuwe theaterconcert van Angela Groothuizen.

Levenslust had het ook kunnen heten. Met zorgvuldig uitgekozen liedjes – de meeste van haarzelf – heeft ze er met haar eenmansband Nico Brandsen (toetsen, Ableton en elektronica) een persoonlijk en warm programma van gemaakt. Over een mens dat groots leefde, in de schijnwerpers stond, zichzelf daarna weer uitvond in nieuwe rollen, koestert wat geweest is en accepteert wat gaat komen.

Angela Groothuizen laat al vele jaren haar ‘kleinkunstkant’ horen op cd en in het theater. Misschien is dat voor een groot publiek, dat haar nog in het Dolly Dots-hokje heeft zitten of haar niet anders kent dan als jurylid van diverse tv-talentenjachten, nog verrassend. Voor theaterpubliek met oor voor het Nederlandse chanson is dat al jaren niet meer zo. Het winnen van de Annie M.G. Schmidtprijs voor het door haar gezongen en door Jan Beuving geschreven ‘Vinkeveen’ heeft de erkenning in 2012 een stevige boost gegeven.

Maar zoals al gemeld: ze is niet afhankelijk van wat anderen haar leveren. Het persoonlijke in haar liedjes krijgt een diepere kleur in door haarzelf geschreven teksten (‘Helden’, ‘Onderweg’). Nostalgisch over wat achter haar ligt, hoopvol naar de toekomst of vertederend als het over haar liefde en kinderen gaat. Een paar komen er nog van haar vorige show en gelijknamige laatste cd Eeuwige jeugd. ‘Melk en honing’ is van Herman van Veen en het mooie ‘Negenenvijftig (’t jaar van mij)’ is een echte Jan Boerstoel.

Nee, verpletterende inzichten en grootse vergezichten krijgen het levenslicht niet in Ikigai. Of het moet ‘als je geen plan voor je leven maakt, word je het plan van een ander’ zijn. Het is gewoon een aangenaam liedjesprogramma met kop en staart en dat lichtvoetige Ikigai-thema, met doorleefde nummers die daar stuk voor stuk in passen. De lengte van een paar verbindende verhalen is nogal storend; haar verblijf in Amerika en een demonstratie Bikram Yoga zijn zo lang gerekt dat je de neiging hebt haar een beetje kribbig tot ‘zingen!’ te manen. En haar stem is fijner – tenminste zaterdagavond – bij de rustiger nummers, dan bij de temporijke.

Foto: Nick van Ormondt