Een onderzoek naar boosheid, met gebalde vuisten en rode konen. Misschien wel de meest moralistische voorstelling ooit.’ Zo wordt I Shall Move a Mountain in het programmaboekje aangekondigd. Maar helaas, zo vertellen de acht acteurs gekleed in witte balletkleding en met een schaapachtige glimlach op het gezicht gebeiteld ons voor het gesloten doek. Tijdens het repetitieproces kwamen zij erachter zoveel boosheid niet aan te kunnen. En het publiek al helemaal niet. In plaats daarvan ballet!  

Geen modern of abstract ballet, dat kan maar zo irritatie opwekken, maar een zeldzaam geslaagde persiflage op wat mensen die nooit een dansvoorstelling hebben gezien zich voorstellen bij ‘ballet’, onder andere op een flard uit Ravels Bolero. Het is bizar en mierzoet en daardoor ontzettend komisch. Zeker wanneer Ella Kamerbeek de dans keer op keer onderbreekt met verhalen die allerliefst beginnen – over Seaworld, kraaien, zwanen en dolfijnen – maar die steevast eindigen met dierenleed.

Wanneer voor de eerste maal het doek sluit, krijgt het publiek in de meest kinderlijke stemmetjes denkbaar uitleg over de huisregels. Telefoon uit, het is hier geen bioscoop, dus niet eten of drinken en niet naar de wc en ook niet al teveel bewegen, want we bevinden ons in een oud theater. Maar het is niet de bedoeling – excuus, excuus – dat dit alles te streng overkomt, stel je voor dat we boos worden. Er zijn wel andere zaken om je over op te winden.

En hoe! Op onnavolgbare wijze ontsporen in de volgende drie minuten excuses in stenen door de ruiten en Molotovcocktails in de Jumbo. Daarna wel meteen weer lieflijke dans om de gemoederen tot bedaren te brengen.

Het is de blauwdruk voor de rest van de voorstelling, waarbij in sneltreinvaart een veelvoud aan redenen om boos te worden aan bod komt. Van de macht van bankiers en de dubieuze rol van het IMF tot klimaatverandering, van alledaags seksisme tot hoe ongelooflijk irritant het is als er in de supermarkt iemand vlak voor je met z’n karretje loopt. Elke dreigende woede-uitbarsting wordt net voordat het helemaal misgaat in de kiem gesmoord door de dans die steeds gekunstelder aandoet.

Dit kan niet goed blijven gaan. En dat doet het ook niet. Het ‘zwanenmeer’ wordt ingeruild voor de Haka, waarna de voorstelling kantelt. Het decor wordt aan flarden gescheurd en hoorden we net nog het dromerige ‘Because’ van The Beatles, nu krijgen we ‘Het is stil aan de overkant’ en ‘Poesje mauw’ als door een vak vol hooligans gezongen. In al dit geweld is de poëzie van Pessoa of een liedje van Jon Legend opeens net zo buiten de context van wat we zien als de zelfmoord van dolfijnen eerder in de voorstelling. Het is om boos van te worden.

Theatermaker Anneke Sluiters gooit doelbewust allerhande theatergenres door elkaar, met als eindresultaat een voorstelling die beurtelings lachwekkend en irritant, tot nadenken stemmend en doldwaas is. Ze speelt met de verwachtingen van het publiek en lost die al dan niet in én vindt daar dan weer een overtreffende trap voor in de slotdans. Inderdaad, weer op Ravels Bolero, maar nu de volle tien minuten lang. De eindeloos herhaalde suggestieve kruisbewegingen weerspiegelen hier niet zozeer de muziek, maar zijn vooral een parodie op de film 10 en het voorspelbare theater.

Zo speelt I Shall Move a Mountain een uur lang heel slim voor én met het publiek. Willen we een voorstelling met louter verontwaardiging als pakweg De verleiders? Willen we louter esthetisch escapisme? Engagement in de vorm van moralistisch cabaret? Of willen we echt boos worden? Maar hoe dan? Hoe verontwaardigen we ons nog, in het echt en in het theater?

Daarop biedt deze voorstelling uiteraard ook geen eenduidig antwoord. Maar dankzij de tomeloze energie van de jonge acteurs van de Hogeschool voor de Kunsten Utrecht – er moet een speciale toneelprijs komen voor de manier waarop Marloes IJpelaar ‘Paaseitje!’ schreeuwt en er een in de zaal gooit – is I Shall Move a Mountain een uur lang op het puntje van je stoel zitten, desnoods boos. Missie geslaagd.