De Bechdeltest (waarmee de representatie van vrouwen in fictie wordt gemeten) is niet het enige dat we aan schrijver/striptekenaar Alison Bechdel te danken hebben. Jeanine Tesori en Lisa Kron maakten een musical van haar autobiografische striproman Fun Home. In de uitvoering van OpusOne is het een sterk uitgevoerde, hoogwaardige productie op meerdere vlakken. (meer…)
De nieuwste voorstelling van choreograaf Denden Karadeniz is gemaakt binnen het talentprogramma van ISH Dance Collective. Dat talent heeft Karadeniz onmiskenbaar. Zo blijkt ook in Home, een voorstelling die vooral benadrukt wat vaak gemist wordt in huiselijke kringen; het wezenlijk contact.
We zagen zijn talent al in eerdere choreografieën van zijn eigen jonge gezelschap Zero Dance Theatre. Met zijn acrobatische dansstijl die breakdance met moderne dans mengt en het contact met de vloer zelden verliest, weet hij elke toeschouwer, jong en oud, aan zich te binden.
Een driezitsbank, een chaise longue en een grote vierkante poef; op de meubelboulevard vind je ze in overvloed. Keurig, alsof we op die boulevard zijn, staan de meubelstukken – licht van kleur – opgesteld. Op het grootste meubelstuk zitten, even georganiseerd, vier dansers; twee mannen en twee vrouwen. Ze passen er precies op.
De ruimte is afgebakend met een reeks design lampen, met hun donkere kappen staan ze ordelijk op rij langs de randen van het toneel. Illustratief gaan de twee recht achter de driezitsbank aan, als de dansers in beweging komen. Begeleid door een gelaagde en dramatische soundscape – het lijkt wel of we in een film zitten – wisselen de dansers van positie op de bank. De blikken op hun gezichten zijn neutraal: ook als hun bewegingstaal dynamischer wordt, ze van de bank afglijden en recht in het publiek kijken.
Het glijden wordt ‘sliden’ als de dansers door de ruimte bewegen en er een spel ontstaat tussen de lijven en de meubels, die een landschap vormen van obstakels. Met veel gevoel voor ritme imiteren de dansers elkaars vloeiende bewegingen, het is freerunnen door de huiskamer. Met oog voor elk detail binnen die beweging creëert Karadeniz momentum in zijn acrobatische choreografie, waar ditmaal niet de vloer het steunpunt is maar het object.
Dan splitst de groep zich op en zien we zien we hoe twee koppels elkaars bewegingen kopiëren. Heel even, bij een versnelling van bewegingen, dringt een beeld van huiselijk geweld zich op. Maar het beklijft niet, Karadeniz’ choreografie is een continue doorgaande beweging, die inhoudelijk pas accenten legt als de dansers hun individuele skills bewijzen in imposante solomomenten.
Met haar acrobatische stunts en compacte, animale bewegingsstijl is Amalie Stitz een powerhouse. Noor Jayani zet juist de lengte van haar ledematen in. Haar ingetogen expressie geeft het stuk absoluut dimensie. De explosieve bewegingstaal van Giulio Hoxhallari is bijna buitenaards, zeker als hij de vering van de meubels in zijn eigen lichaam laat echoën en bizar een gesprek aangaat met de lampen.
Als geen ander belichaamt Maxim Kuznetsov de eenzaamheid die de ‘huiskamer’ geleidelijk in beslag neemt. Niet alleen wanneer het hoofdeinde van de driezitsbank een dak vormt en een geïsoleerde ruimte creëert waarin hij lijkt te zijn opgesloten, zijn hele aanwezigheid straalt iets desolaats uit.
Karadeniz buit de bijzondere kwaliteiten van zijn dansers inhoudelijk goed uit. Een uur lang blijft de battle, het fysieke spel tussen de lichamen en de objecten, boeien. Tot de meubels ten slotte toekijken hoe de lege ruimte het toneel wordt van een zoektocht naar contact.
Nergens legt Karadeniz de nadruk op zijn onderwerp. Gelukkig niet, want de compositie van Simone Giacomini, die vanaf begin af aan een zwaar dramatische toon zet, is al heel dwingend. We kennen die signatuur. Stiltes vallen er nauwelijks en dat irriteert echt wel. Gelukkig krijgen we in het tweede deel van Home wat meer ademruimte. Als de inhoud van de voorstelling wat leesbaarder wordt en het licht (Mike den Ottolander) dramatisch gezien ook stelling neemt, vallen de kwartjes.
Foto’s: ShotsByJuv