De premisse is niet mals: het Circus der Componisten wil in een half uur durende Paradevoorstelling álle wereldproblematiek oplossen. Niet via de politiek, maar met muziek. Uit verschillende windstreken zocht Parade-oprichter en accordeonist Terts Brinkhoff een muzikale troupe om een nummer mee te componeren waar iedereen zich in kan herkennen.

In de rustige omgeving van de Rotterdamse Rozentuin (ver genoeg van het Paradeterrein om de muziek goed te kunnen laten klinken) verzamelen makers en publiek zich rondom een open tent in het gras. Het akkoord dat we in deze etude gaan creëren bestaat uit vier onderdelen, vertelt Brinkhoff: de basis, een ritme, de structuur en de melodie.

Wat volgt is een interactieve minisessie waarin hij met Yorick Heerkens, Mauritio Lobao en Sabri Saad el Hamus het publiek de verschillende onderdelen laat ontdekken. Met de monotone tonen van knikkers die in schalen rollen (basis), het ritmisch getik van houten claves (ritme), operazang (structuur) en een Egyptisch marktlied (melodie) wordt de uitgelaten groep toeschouwers volop bij deze performance betrokken. Echter blijft de voorstelling bestaan uit losse onderdelen: van samensmelting, dus het beoogde ‘akkoord’, is geen sprake. Op de valreep wordt het uitgangspunt van deze voorstelling door de makers zelf nog even onderuitgehaald.

Dat is jammer: Het wereld-akkoord is daardoor niets meer en minder dan een halfslachtige miniworkshop musiceren – een samenraapsel aan voorzetjes die nergens bij elkaar komen en geen moment meer worden dan de som der delen. De interactiviteit van deze opzet werkt geen moment in het voordeel: vaak is het een rommeltje, zelden ontstaat er iets moois of origineel. Het niveau is abominabel, als makke schapen tikt het Paradepubliek de claves tegen elkaar of doet het dansje na.

Brinkhoff en Heerkens doen de laatste jaren iets soortgelijks op de WinterParade in Amsterdam en Haarlem. En ook nu sorteert het een hoop hilariteit onder het publiek, maar werkelijk niets meer dan dat. De premisse bleek maar schijn, Het wereld-akkoord is nergens een poging toe, het is gespeend van enige inhoudelijke ambitie. De makers nemen zichzelf en het publiek geen moment serieus en dat levert per definitie een volslagen niksige performance op.

Foto: Diederick Bulstra