Het Noord Nederlands Toneel geeft Hamlet een Vlaamse tongval. In de gelijknamige tragedie van William Shakespeare wankelt de Vlaamse acteur Peter Vandemeulebroecke tussen met rook gevulde stellages door. Zijn blik is verward: in de versie van Mafaalani raakt de Deense prins verstrikt in gekte. Zijn oom bracht de koning (zijn vader) om en besteeg de troon. Een huwelijk met zijn moeder vormt de kroon op het verraderswerk. Hamlet is woedend en zint op wraak. Wanneer de geest van zijn vader verschijnt, wordt zijn vergeldingsdrang alleen nog maar groter. Toch twijfelt hij nog.

Ola Mafaalani regisseerde Hamlet en Ko van den Bosch bewerkte samen met Dirkje Houtman de oorspronkelijke tekst. Mafaalani en Van den Bosch werken geregeld samen en trekken voorstellingen graag uit hun historisch keurslijf. Zo koppelde het duo La divina commedia bijvoorbeeld aan de Nederlandse asielproblematiek. Nu deed Mafaalani inspiratie op in een psychiatrische inrichting en belandt Hamlet uiteindelijk in een behandelkamer, waar hij tot kalmte wordt gemaand door een zuster – een prachtige dubbelrol van Joke Tjalsma, die ook Polonius speelt.

Waanzin, daar draait het om in deze Hamlet. Andere thema’s, zoals Hamlets relatie met Ophelia (Maartje van de Wetering), worden aangestipt maar niet tot in detail uitgewerkt. Mafaalani plaats het verhaal van Hamlet uiteindelijk op een lijn met de verhalen die gekken elkaar zonder ophouden vertellen. De voorstelling eindigt als een kijkje op de afdeling van een psychiatrische inrichting: iedereen heeft zijn of haar eigen verhaal, met zijn of haar waanzin, met zijn of haar tic.

Het toneelbeeld, tevens van Van den Bosch, is schitterend: op een aarden heuvel (een graf?) staat de troon van Claudius (Wil van der Meer) en Gertrude (Malou Gorter), verrijdbare, met doorzichtig plastic beklede boxen worden gevuld met rook en ontnemen wanneer nodig het zicht op wat er gebeurt, zoals de moord op Polonius. Zand spat hoog over het toneel en de belichting is fascinerend.

Peter Vandemeulebroecke speelt zijn hoofdrol met verve. Zijn energie is aanstekelijk, zijn tekstbehandeling natuurlijk. Wil van der Meer is, in zijn rol als de moordenaar van Hamlets vader, een waardig tegenstrever. Hij straalt kracht en berusting uit, tot hij uiteindelijk breekt – in een scène die misschien wel het hoogtepunt van de voorstelling is.

Spektakel is er genoeg in Hamlet, maar soms schiet de voorstelling daar in door. Zo werpt Gertrude zich al in een van de eerste scènes krijsend op het toneel. De opbouw lijkt dan even zoek, maar Vandemeulebroecke speelt vaardig door en blijft, zelfs waanzinnig, een rustpunt in de voorstelling. Al schreeuwt ook hij, verderop in het stuk, de longen uit zijn lijf, als de dood van Ophelia tot hem doordringt. Maar dan is het geoorloofd, want dan is de tragedie op haar hoogtepunt.