Schiedam heeft weer een stadsgezelschap. De acht jaar dat Els Inc. die rol speelde eindigden toen regisseur Arie de Mol in 2009 naar Toneelgroep Maastricht vertrok. Nu is er De Stokerij, van Anne Rats en Koen Wouterse (samen net verhuisd naar de jeneverstad) en Yorick Zwart. U kent ze misschien van de improvisatievoorstellingen Nachtgasten. De Stokerij zet zich dit Shakespearejaar (vierhonderd jaar is hij dood) meteen voor een enorme opgave: Hamlet ensceneren voor een groot publiek.

‘Hamlet is een Schiedammer’, zeggen de T-shirts van de vele vrijwillige medewerkers. De Stokerij maakt er werk van, dat is duidelijk. Om half acht is het publiek uitgenodigd in de mooie oude bibliotheek, waar Hamlets vader als geest opduikt terwijl de nerveuze burgerwacht onhandig waakt en zinspeelt op veranderende tijden waarin de mensen moeite hebben om om te gaan met de invasie die op hen afkomt. Vier uur later besluit Hamlets vriend Horatio het stuk. Bijna iedereen is dan dood en Fortinbras komt eraan met wat een leger vluchtelingen wordt genoemd.

Antilliaanse trommelaars begeleiden het publiek door de oude binnenstad van Schiedam naar de volgende locatie, waar de Hamletthee klaarstaat en het publiek langs een tientallen meters lange catwalk gaat zitten. Daar begint een Hamlet die Yorick Zwart maar beperkt heeft bewerkt voor Schiedam en voor nu. ‘There is something rotten in the state of Denmark’ wordt ‘Er ligt hier iets te rotten in de havens’, maar verder loopt Ophelia biddend rond en vlecht ze haar bloemenkransjes.

De Stokerij pretendeert Hamlet te spelen zoals ‘Shakespeare het bedoeld moet hebben: een thriller, een love story, een ‘whodunnit’, een romantische komedie en een familiedrama in één’. De groep benadert het stuk met de overmoed die nodig is om er in al zijn complexiteit aan te beginnen. Maar iemand die in Hamlet een romantische komedie of een detective ziet, interpreteert wel heel bijzonder. Waarschijnlijk verkopen die termen beter dan de innerlijke worsteling van een jongvolwassene die voor het eerst essentiële levenskeuzes moet maken. De werkelijke tragiek van het stuk krijgt in de regie van Koen Wouterse weinig ruimte en diepgang.

Het is een paar acteurs gelukt om een eigen invulling te geven aan hun rol. In de eerste plaats John Buijsman (Claudius), die Hamlets vader vermoordt en Hamlets moeder trouwt. Buijsman zet hem neer als een patjepeeër; je voelt de teleurstelling na de vorige koning. Met hem aan boord ben je verzekerd van de Rijnmond-touch. Yorick Zwart zet met zijn onberekenbaarheid en intelligentie wel zijn omgeving, maar niet zijn eigen geest naar zijn hand. Anne Rats blijft je als bloemen uitdelende Ophelia bij in haar waanzin, maar veel acteerwerk is nogal matig.

Voor lastige scènes als de moord op Polonius (Kenneth Herdigein) heeft regisseur Koen Wouterse geen goede oplossing gevonden. De humor waarmee hij en/of Shakespeare de zware kost verteerbaar wil maken kwam ook niet uit de verf; daar heb je betere acteurs en betere scènes voor nodig. De grafdelvers, Rosencrantz en Guildenstern als gillende bimbo’s en al helemaal de Poolse edelman in geel plastic die het duel tussen Hamlet en Laertes begeleidt – het is soms pijnlijk. Het enorm lange speelvlak werkt soms, maar wordt te vaak noodgedwongen een renbaan.

Aafke Buringh besluit als Horatio met een verhaal over vluchtelingen en populisme dat inhoudelijk terecht en sympathiek is, maar weinig binding heeft met het voorafgaande. Het soms nogal valsige gospelkoortje gooit er met ‘Amazing Grace’ nog een christelijk sausje overheen. Waarom?

Het is prachtig dat De Stokerij er is en mooi dat Schiedam ruimte maakt voor een frisse club met lef, ambitie en dadendrang. Elke Schiedammer mag voor vijf euro naar Hamlet en in de bibliotheek loopt een reeks van acht Shakespearecolleges met acteurs als Jack Wouterse, Sophie van Winden en Aus Greidanus junior. Jammer dat de groep voor het weerbarstige verhaal van prins Hamlet nog geen overtuigende vorm vond.

Foto: Greetje Mulder