Vier episodes kende de serie tot nu toe en er volgen er nog meer volgend seizoen. In Guilty Landscapes doet Dries Verhoeven een beroep op het geweten, door de bezoeker te confronteren met zijn privileges. Wat als de slachtoffers van het journaal terugkijken? Verhoeven stelt de vraag in één op één ontmoetingen, die gemengde gevoelens oproepen.

Guilty Landscapes relateert aan eerder werk van Dries Verhoeven, wiens oeuvre grote thema’s ter discussie stelt in dikwijls provocerende projecten op de grens van theater en beeldende kunst. In Life Streaming (2010), een installatie-performance over onze houding ten aanzien van rampgebieden, had de toeschouwer een live chat met een jonge, door de tsunami getroffen Sri Lankees op een strand. Om de beleving kracht bij te zetten, stroomde de ruimte uiteindelijk vol water en verlieten bezoekers de performance met natte voeten. In de ambitieuze expositie Homo Desperatus (2014) bracht Verhoeven de grootste catastrofes van de afgelopen eeuw in beeld door getroffen delen van de wereld na te bouwen in maquettes en ze te laten bewonen door grote mierenkolonies. Guilty Landscapes brengt ook een reeks locaties in beeld, verspreid over de wereld, maar op een weer hele andere manier.

We treden een lege ruimte binnen waar een groot beeld wordt geprojecteerd op de achterwand. Halverwege die ruimte staat een bordje met de titel en de locatie van het beeld. In de eerste aflevering van Guilty Landscapes, afgelopen voorjaar te zien op het Utrechtse SPRING Performing Arts Festival, zien we een textielfabriek in LangZhou, waar enkele vrouwen in roze overalls achter kolossale spinmachines aan het werk zijn. We horen het oorverdovende lawaai. Wanneer een van de werkneemsters in een vriendelijke toenadering met de kijker haar oorbeschermer opzet, belanden we in een intieme stilte.

In een andere aflevering, die onderdeel was van het programma Foreign Affairs in het Haus der Berliner Festspiele in Berlijn deze zomer, zien we een stoere jongeman met ontblote borst aan de rand van een vervuilde waterpoel in de sloppen van Port au Prince. Om hem heen drijven onderdelen van elektronisch afval.

Op Theaterfestival Boulevard in Den Bosch deze zomer bracht deel drie van de serie de puinen van Homs in beeld. We zien een schichtige jongen die zich een weg baant over de losse stenen van een totaal verwoeste straat. Hij pakt een stoel, gaat dichtbij de camera zitten en gebaart de toeschouwer hetzelfde te doen. Steeds creëert Verhoeven een intiem moment tussen de toeschouwer en de ander.

In het provocerende vierde deel is dat even schrikken. In het decor van een vervallen bordeel in Pattaya ontkleedt een jongeman zich voor de ogen van de toeschouwer. Dit voorlopig laatste deel stond toepasselijk geprogrammeerd op de expositie For Play, Shaping Sexuality in MU Artspace tijdens de Dutch Design Week, vorige maand in Eindhoven. Het zoomt in op de seksindustrie in Thailand.

Behendig verenigt Verhoeven twee beelden. Het geluidsdecor is nauwkeurig afgestemd en kent hier en daar een theatrale ingreep. In elk deel is de interactie gestoeld op het nabootsen van de persoon ‘aan de overkant’. Bij de jonge Chinese vrouw in de fabriek kon ik me gemakkelijk laten verleiden om op de grond dicht bij haar te gaan liggen. Maar de gêne slaat toe als de stoere Haïtiaan in deel twee bovenop een ton gaat staan en met me wil dansen. Waarom zou ik dit toneelstuk opvoeren? De gêne loopt op wanneer de naakte Thaise jongen van de vierde aflevering mij uitdaagt tot een stripdans. Ik ervaar pure weerstand. Persoonlijk had ik meer gevoel bij de Syrische jongen, die op afstand bleef.

Uit een gesprekje met de zaalwacht in het MU in Eindhoven, maak ik op dat de reacties nogal uiteenlopen. Sommige bezoekers zijn onder de indruk, anderen juist geagiteerd. Die reacties herken ik van een eerdere serie van Verhoeven, Ceci n’est pas, waarin hij met levende beelden in grote glazen vitrines het publiek provoceerde. Zo zinspeelde hij bijvoorbeeld op het taboe van incest door in een vitrine, die omschreven werd als ‘Ceci n’est pas de l’amour’, een beeld neer te zetten van een bijna naakte vader met op zijn schoot een kind in bikini. In een andere vitrine, ‘Ceci n’est pas l’histoire’, was Verhoeven de Zwarte Piet-discussie ver vooruit.

Anders dan Guilty Landscapes raakte deze serie me dieper in het hart. Ik werd nergens toe gedwongen. Ik kon er naar kijken, maar ik kon er ook aan voorbij lopen. Er was tijd en ruimte, er was geen opgedrongen interactie en er ontstonden discussies op straat. Guilty Landscapes is een intieme één op één ontmoeting, die vooral een beroep doet op onze individuele aansprakelijkheid. De interactie wordt opgedrongen en de bezoeker mag de ervaring vooral zelf verwerken. Als altijd tart Verhoeven ons geweten, maar tijdens het zien van de serie groeide bij mij de behoefte aan een meer open en waarachtige ontmoeting met ‘de ander’. Dat Verhoeven een trucje uithaalt met de techniek stoort me niet, integendeel, dat is een sterk aspect van dit concept. Maar waarom een beeld laten zien dat even vluchtig is als de media? Het journaal kijkt terug, stelt Verhoeven, maar de theatrale interactie tussen performer en toeschouwer is even krampachtig als de montage van een nieuwsbericht.

In een hand-out bij de serie zet Verhoeven zijn statement kracht bij door te citeren uit het boek Regarding the Pain of Others (2002) van fotografe en schrijfster Susan Sontag: ‘Als we mededogen voelen, kunnen we ons inbeelden dat we niet medeplichtig zijn aan de oorzaak van het lijden. Ons mededogen is zowel een brevet van onschuld als van onmacht.’ Maar wat wil Verhoeven nu precies met Guilty Landscapes? Als wij tenslotte met hulp van de hand-outs doordrongen zijn van onze houding, waartoe zet deze van politieke correctie doordrongen confrontatie ons? Mag ik dat eens horen? Ik provoceer nu en schreeuw graag mee vanachter mijn beeldscherm. Dat beeldscherm, dat inmiddels onze permanente vierde wand is geworden. Ha, dat zegt iets over de groeiende behoefte aan interactiviteit in de kunst. Het statische beeld voldoet niet meer.

Ik had momenten dat ik overweldigd was tijdens Guilty Landscapes, toch beklijfde de ervaring niet. Soms lijkt het concept teveel uit op snel effectbejag. Mijn medeleven met de jongen in de puinen in Homs in deze context is misplaatst. Het beeld bevestigt emoties die op dit moment ruimschoots worden gevoed. Guilty Landscapes is vooral urgent als het de schuldige landschappen – een begrip dat Verhoeven stal van schilder en dichter Armando – toont die ingehaald zijn door de actualiteit en daarmee al weggeëbd zijn in onze herinnering. We vergeten immers maar al te graag wat de consequentie is van onze privileges.

Foto Episode 1

[Sterren toegekend door de redactie]