Tegen het slot van Go F*ck yourself Rocket! wordt er in het publiek gehuild. Op initiatief van de Amsterdamse Jeugdtheaterschool (AJTS) en de Oekraïense regisseur Iana Gudzenko spelen zo’n kleine twintig Nederlandse en gevluchte Oekraïense teenagers (14-20 jaar) samen een voorstelling, over de oorlog in Oekraïne. De emotionele reactie heeft alles te maken met de echtheid van de situatie. 

De voorstelling speelt zich af in een voorstad van Kiev, die door de Russen gewelddadige is gebombardeerd, met talloze doden tot gevolg. Die vallen ook onder de kinderen. In het decor staan drie witte kubussen die de ruimte indelen en een verhoging bieden. Links staat een drumstel dat door een van de jongeren bespeeld wordt, met geweldige heftigheid om drama aan te geven.

De jongeren uit Oekraïne hebben geen theaterervaring; de Nederlandse spelers zijn afkomstig van de theaterschool zelf. In haar zoektocht naar acteurs doorzocht Gudzenko een opvanghotel in Amstelveen waar zich 350 Oekraïense vluchtelingen bevinden.

De uitvoering opent met een soort voorstelrondje: wie is wie. In de kostumering valt op dat de jongeren telkens een tweetal vormen, Nederlands en Oekraïens, een slimme vondst van de regie. De tekst werd geschreven door Nina Zakhozhenko, een toneelschrijfster die nog steeds in Kiev woont. Theatermaker Gudzenko ontvluchtte, net als de jongeren, in maart van dit jaar haar geboorteland; en maakt theater in landen als Duitsland, Polen, Denemarken en Nederland.

De oorlog verdeelt én verenigt de groep. Wie Oekraïne wil ontvluchten, krijgt kritiek te verduren, want het is juist moedig te blijven en getuigt van steun aan de soldaten en het volk. Maar vaak zijn het de ouders die met de kinderen op de vlucht slaan. Dit meningsverschil leidt tot sterke dialogen en al even sterke scènes, met vaart en overtuiging gespeeld.

De regie kiest ervoor de voorstelling in het Engels te spelen, geen van de acteurs is daarvan native speaker. Dat is een goed idee, want nu moeten beide partijen elkaar vinden in een taal die niemands moedertaal is. De dragende lijn zijn de verschillende manieren waarop de jongeren de oorlog ondergaan: ze kunnen behalve vluchten bevriezen in angst, ze kunnen vechten of juist wegduiken. ‘En wat moet je doen als je lichaam na een bombardement misschien geheel onherkenbaar is?’, vraagt een Oekraïense jongere. ‘Op al je ledematen je naam zetten’, luidt het handige antwoord.

Aanvankelijk wisselen de spelers in de levensgevaarlijke, gebombardeerde stad berichten uit via sociale media, zoals Instagram, want de straat opgaan is riskant. Maar de mobiele telefoon blijkt, hoe klein ook, een instrument waarop zich óók een oorlog kan afspelen.

Dan vallen aan het slot de doden, ze worden bedekt door witte lakens. Dat is het emotioneelste moment van de uitvoering. Een van de speelsters zingt een Oekraïens klaaglied, dat door je ziel snijdt. Het is een indrukwekkend uitvoering, slechts eenmaal gebracht. Daar kunnen gerust nog enkele speelbeurten bij, want theater dat zo dicht bij de werkelijke realiteit wordt gemaakt, die van oorlog in Europa, is zeldzaam. Het initiatief van Go F*ck yourself Rocket! is bewonderenswaardig.

Foto: Rob Becker