Vrijwel naakt staat Édouard (gespeeld door acteur Eelco Smits) met zijn rug naar het publiek gekeerd. Kort ervoor is hij verkracht. Door de jonge Reda (Sia Cyrroes), die hij een paar uur eerder tijdens kerstavond op straat heeft ontmoet. Met zijn theaterbewerking van Édouard Louis’ Geschiedenis van geweld zoomt regisseur Abdel Daoudi in op pittige thematiek als seksueel geweld en klassenverschillen.

Een witte kubus prijkt midden op het toneel. De constructie (scenografie: Marloes van der Hoek, Wikke van Houwelingen) fungeert als Édouards appartement, waarbinnen het verhaal zich ontvouwt. Op ingenieuze wijze klapt het bouwwerk in- en uit elkaar, biedt inkijkjes vanuit meerdere richtingen. Ramen en deuren openen zich, muren draaien weg, het geheel roteert 360 graden om zijn as. Het zorgt ervoor dat het publiek geleidelijk wordt ondergedompeld in de nacht, en later in het voorval dat zich tussen beide mannen afspeelt.

Kort na aanvang probeert Édouard de juiste woorden over zijn lippen te krijgen, prevelt: ‘Poging tot…’, aarzelt en wacht, ‘Poging tot doodslag’. Want precies dat is hem overkomen. Een dag later doet hij aangifte, maar eerst voorziet zijn zus (actrice Lotte Dunselman) de handelswijze van haar broer van context. Op heldere toon vertelt ze over hun familiesituatie (labiele moeder, vader werkt in de fabriek) en hoe haar broertje zich hieraan onttrekt. Hij stelt zich op als zwart schaap, leest veel en laat zich in met wetenschappelijke vrienden. In een prachtig, rake anekdote, zegt Dunselman: ‘Als een persoon nooit van liefde heeft gehoord, kan men zelf niet liefhebben.’

Geschiedenis van geweld toont een waanzinnige spanningsopbouw. Dit uit zich zowel in de ijzersterke dialogen (tekstbewerking Nic Bruckman) alsook in de handelingen. Cyrroes schakelt als Reda van poeslief naar opvliegend, Smits’ anekdotes als Édouard slaan in als kleine explosies. Wat begint met elkaar speels tegen de muur drukken en hevig zoenen, mondt uit in een agressieve pas-de-deux wanneer Édouard in de ochtend erachter komt dat Reda zijn smartphone heeft gestolen. Begeleid werden de acteurs door intimiteitscoördinator Markoesa Hamer, die met haar expertise spelers op een vertrouwde manier nader tot elkaar laat komen.

In Daoudi’s bewerking lijkt de intensiteit van de gewelddadige situatie op het eerste gezicht anekdotisch. Toch wordt al snel duidelijk dat deze verkrachting voor iets groters staat, namelijk dat sommige lichamen in deze wereld veel minder waard zijn dan andere. Daarmee gaat De geschiedenis van geweld nog veel verder dan de dader-slachtoffer-dynamiek, en benadrukt op een indrukwekkende manier hoe diep homofobie, racisme en machtsstructuren in onze samenleving zijn verankerd.

Foto: Sanne Peper

Credits

Geschiedenis van Geweld – Toneelschuur Producties, Theater Oostpool
regie Abdel Daoudi tekst Édouard Louis vertaling Jan Pieter van der Sterre, Reintje Ghoos bewerking Nic Bruckman met Eelco Smits, Lotte Dunselman, Sia Cyrroes dramaturg Thomas Lamers dramaturgie stagiaire Lotte Melkert intimiteitscoach Markoesa Hamer scenograaf Marloes van der Hoek, Wikke van Houwelingen uitvoering decor Nelissen Decorbouw, Decoratelier Toneelschuur Producties geluidsontwerp Jelle Hoekstra kostuums Dymph Boss licht Casper Leemhuis campagnebeeld Annaleen Louwes, Esther Noyons scènefoto’s Sanne Peper mogelijk gemaakt door Ministerie van Onderwijs, Cultuur en Wetenschap, Provincie Noord-Holland, Gemeente Haarlem, Ammodo, Prins Bernhard Cultuurfonds, Fonds 21, Stichting Dioraphte, Van Bijleveltstichting, Stichting Melanie, Stichting De Versterking, Talentbegunstigers en Vrienden van de Schuur. Het Social Practice Project wordt mogelijk gemaakt door het VSBfonds